. De flora van Nederland. Plants. 284 â CRUCIFERAE. FAMILIE 39. 16. Erucastrum ^) Prsl. E. Pollichii -) Sch. et Sp. S c li ij n r a k e t (fig. 332). Uit den weinig vertakten penwortel komt een van het midden af ver- takte, hoekige, iets gegroefde, rechtopstaande stengel, die met witte, korte, aangedrukte, naar beneden gerichte haren bezet is. De onderste bladen zijn vindeelig, soms zelfs gevind, gesteeld, de hoogere zittend, vin- deelig met langwerpig-lijnvormige, ongelijk boch- tig bijna vinspletig getande slippen met afge- ronde tanden. De bloemen staan in trossen, zijn zeer bleek- geel en


. De flora van Nederland. Plants. 284 â CRUCIFERAE. FAMILIE 39. 16. Erucastrum ^) Prsl. E. Pollichii -) Sch. et Sp. S c li ij n r a k e t (fig. 332). Uit den weinig vertakten penwortel komt een van het midden af ver- takte, hoekige, iets gegroefde, rechtopstaande stengel, die met witte, korte, aangedrukte, naar beneden gerichte haren bezet is. De onderste bladen zijn vindeelig, soms zelfs gevind, gesteeld, de hoogere zittend, vin- deelig met langwerpig-lijnvormige, ongelijk boch- tig bijna vinspletig getande slippen met afge- ronde tanden. De bloemen staan in trossen, zijn zeer bleek- geel en vrij klein, de onderste staan in de oksels van vindeelige schutbladen. De kelkbladen zijn smal elliptisch en staan schuin rechtop. De kroonbladen zijn fijn geaderd met een rond- achtige plaat. De vruchttros is los, langgerekt (fig. 332). De vruchtstelen zijn schuin afstaand. De hauwen zijn opstijgend, lijnvormig, cylindrisch, knobbelig met bolle kleppen, die van een nerf voorzien zijn. De snavel is kort, kegelvormig, geleidelijk smaller wordend. De zaden zijn eirond, roodbruin en zitten in 1 rij. 2â6 dM. O, soms O0. MeiâOctober. Biologische bijzonderheden. In de bloem zitten 4 honigkliertjes. De 4 lange meeldraden keeren hunne geopende zijde naar binnen, doch staan een eind van den stempel af, zoodat, daar de bloemen rechtop staan, spontane zelfbestuiving in den regel uitblijft, de kortere staan lager. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt op zandige gronden aan ruigten in West- en Midden-Europa voor. Men vindt haar bij ons op rivier- en zeeklei (Zuid-Holland, Zeeland) vrij zeldzaam. Ook- schijnt zij wel te zijn Erucastrum Pollichii Fig. 332. 17. Diplotnxis-'j D. C. Zandkool. Kelkbladen aan den voet gelijk. Stempel gaaf of uitgerand. Hauwen uitstaand, lijnvormig, samengedrukt met iets bolle, 1-nervige kleppen. Snavel kort, kegelvormig. Zaden ovaal, iets samengedrukt, in 2 rijen. Bloemen geel. Bladen meest bochtig getand of vinspletig, niet geoord. P


Size: 1413px × 1769px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants