. Beschryving van Ysland, Groenland en de Straat Davis. : Tot nut der wetenschappen en den Anderson, Johann, 1674-1743; Natural history; Natural history; Eskimo languages; Indian linguistics. van YSLAND. 79 aan het eiland Yfland, maar houd zich, uit affchuuw voor de ondiepe gronden, in de grondeloze dieptens- by Spitsbergen en onder de Noordpool terug. Daar tegen huisvefl: , als reeds gezegt is , te menigvuldiger en beftendiger in dit oort de Noordkaper, -die den groenlandfchen in lighaamsgeftalte, en ook wegens de baarden in den bek zeer gelyk, hoewel veel kleiner en fmalier ia.
. Beschryving van Ysland, Groenland en de Straat Davis. : Tot nut der wetenschappen en den Anderson, Johann, 1674-1743; Natural history; Natural history; Eskimo languages; Indian linguistics. van YSLAND. 79 aan het eiland Yfland, maar houd zich, uit affchuuw voor de ondiepe gronden, in de grondeloze dieptens- by Spitsbergen en onder de Noordpool terug. Daar tegen huisvefl: , als reeds gezegt is , te menigvuldiger en beftendiger in dit oort de Noordkaper, -die den groenlandfchen in lighaamsgeftalte, en ook wegens de baarden in den bek zeer gelyk, hoewel veel kleiner en fmalier ia. Dezen Wal vifch weten de Yflanders zich voortreffelyk ten nutte te maken, nadien hy hun, aangemerkt zy hem,by gebrek van bequame vaartuigen en gereedfcïiappen, in de volle zee niet aandoen konnen, ene bequame gelegen- heid , om hem meefter te worden f zelf aan de hand geeft. Want aangemerkt hy, gelyk bereids gezegt is, de Haringen Hoe zy in de bayen of zeeboezems volgt, en, om dezelve te meerhem van' ter vulling zyner hongerige maag op te fnappen, tegen dengen* wal dryfr, gebeurt het bywylen, dat hy, uit een te grote begeerte en drift,op zo ondiepe plaatfen (iu) en banken vervalt, v/aar van hy niet weder terug keren kan (x) , of brengt ten inin- ften door zyne jagt te weeg, dat de Yilanders hem zelf jagen, en op de banken dryven en verfchalken. Het laatfle gefcbied op de volgende merkwaarde wyze. Zo dra zy befpeuren , dat zodanig een Wal vifch de Haringen vervolgt, werpen zy zich fpoedig, met harpoenen, fpielTen en meffen voorzien, in hunne boten, en roeyen hem van achter zo digt , als immer mogelyk is , op het lyf. Hierop, als de wind naar het ftrand waayt,Horten zy een menigte allerjy, totdat einde medegeno- men, bloed uit hunne boten in zee, laten het door den wind naar den vluchtenden vifch dry ven, en roeyen ook langzaam na, als wanneer de vifch, zich vervolgt ziende, en zeewaards willende keren , doch het bloed gewaar wordende , 't geen hy fchuuwt {y), zich veelliever, d
Size: 829px × 3015px
Photo credit: © Library Book Collection / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., booksub, booksubjectindianlinguistics, booksubjectnaturalhistory