. De flora van Nederland. Plants. 166 SCROPHULARIACEAE. FAMILIE 94. De bloemen staan in eindelingsche. ijle en bebladerde trossen. De bloem- Stelen zijn langer dan de kelk, afstaand. De bovenste schutbladen zijn vaak ongedeeld. De kelk is behaard en heeft 4 lancetvormige, ongelijke slippen. De bloemkroon is korter dan de kelk, vrij groot, donkerblauw. De stijl is 1 niM lang en steekt boven de insnijding der doosvrucht uit. De doosvrucht (fig. 200) is rondachtig. iets stomphoekig ingesneden, aan den voet opgezwollen, boven samengedrukt, 5-6 mM breed, korter dan de kelk, klierachtig behaard. De


. De flora van Nederland. Plants. 166 SCROPHULARIACEAE. FAMILIE 94. De bloemen staan in eindelingsche. ijle en bebladerde trossen. De bloem- Stelen zijn langer dan de kelk, afstaand. De bovenste schutbladen zijn vaak ongedeeld. De kelk is behaard en heeft 4 lancetvormige, ongelijke slippen. De bloemkroon is korter dan de kelk, vrij groot, donkerblauw. De stijl is 1 niM lang en steekt boven de insnijding der doosvrucht uit. De doosvrucht (fig. 200) is rondachtig. iets stomphoekig ingesneden, aan den voet opgezwollen, boven samengedrukt, 5-6 mM breed, korter dan de kelk, klierachtig behaard. De vruchtstelen zijn opgericht, langer dan de kelk en de schutbladen. 0. 2,5 itiM-15 cM. MaartâJuni. Deze plant riekt eenigszins aromatisch. Zij wordt bij het drogen zwart. Zij is met Erophila verna en Veronica hederaefolia de vroegstbloeiende kruidachtige plant. Biologische bijzonderheid. De bloem is met het oog op de besluiving ingericht als bij V. serpyllifolia. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt in geheel Europa op steenachtige plaatsen voor. Zij is bij ons vrij algemeen in bouwland, vooral op leemachtigen zandgrond. V. praécox') All. Vroejie eereprijs (fig. 201). Deze plant is klierachtig behaard. De meest rechtopstaande stengel is onvertakt of heeft rechtopstaande takken. De bladen zijn donkergroen, kortgesteeld, rondachtig-eirond, stomp gekarteld, van onderen roodachtig, de onderste met hartvor- migen voet, de stengelbladen zijn tegenoverstaand, kortgesteeld. De bloemen staan in eindelingsche, ijle trossen. De schut- bladen der bloemen zitten, zijn kleiner dan de bladen, de bovenste zijn gaafrandig. De bloemstelen staan opgericht en zijn nauwelijks langer dan de kelk en de schutbladen. De kelk is behaard en draagt 4 langwerpige, ongelijke slippen. De bloemkroon is donkerblauw, doch lichter dan van V. triphyllos, zoodat de donkere strepen in het blauw sterker uitkomen, zij is iets langer dan de kelk. De stijl is 2 mM lang en steekt sterk uit. De doosvruch


Size: 1360px × 1837px
Photo credit: © The Book Worm / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants