. De beginselen van Gods koninkryk in den mensch : uitgedrukt in zinnebeelden . tijd doen, men moet immers mat tijdverdrijf hebben, de tijd ü ander: %o lang. Maar kort daar navan de Heere in t ziek-bedde geworpen, en in die ziektezeer weinig by zijn verftand zijnde, zo quameen Lee-raar by hem, en alser een gebed zou gedaan worden,zeide de zieke (die toen voor een kort tijdje zijn verftandweder had,) maakjoet ktrt, want i£ heb geen tijd, voelendedat zijn verftand weder haaft zou weg gaan, gelijk ge-beurde, wantnaaulijx het Vader onze gebeden zijnde,zo was hy weder buiten kennis, en fturf alzo h


. De beginselen van Gods koninkryk in den mensch : uitgedrukt in zinnebeelden . tijd doen, men moet immers mat tijdverdrijf hebben, de tijd ü ander: %o lang. Maar kort daar navan de Heere in t ziek-bedde geworpen, en in die ziektezeer weinig by zijn verftand zijnde, zo quameen Lee-raar by hem, en alser een gebed zou gedaan worden,zeide de zieke (die toen voor een kort tijdje zijn verftandweder had,) maakjoet ktrt, want i£ heb geen tijd, voelendedat zijn verftand weder haaft zou weg gaan, gelijk ge-beurde, wantnaaulijx het Vader onze gebeden zijnde,zo was hy weder buiten kennis, en fturf alzo henen. Olhoekoftelijkwas hem toen de tijd! toen was zeniet te lang , toen wift men wel wat men er mede doenzoude, namelijk, bidden. En wie weet hoe menigmenfeh dit wel overkomt, die de fchone tijd nu, in plaatsvan ze, om int goede toe te nemen, te hefteden, zojammerlijk in dydclheid doorbrengt. De Heere verhoe-de ons dit! Maar laat ons ook wel toezien, om het m&<ëods hulpe zelf te verhoeden. D 4 Aa* fê De Be£mfelen vm Gods X§nmkr*jKAan dovcrkanc, k c zalig Jddaktü6ptnga*thene*\wmtditlmdcn \*lde ruftcnic*%fjn: em dat bet verontreinigd u, Mich. z. i o. &■* inden Menfeh. * j.^ Pat de %iele der menfchen, door t verlaten en t verliepen, v*ri alleaardfcbe en landelijke beeldtn en lief de, tot ket vinden en genieten, van den mttcnclij\en Scbefper, komt. Stem: Courante : QwlheUvanontfermenül i 111 Oe dwaalt een ziel! hoe dwaal ik mcê!*■ * En meen in t Land der zinnen God te vinden, Daar zich Dien Hogen en Beminden,Niet eer vertoond, voor dat men door de Zee Van waar Geloof en reine Min,Verzaking van verkeeric aart en zin »En aller fchepfelen, is heen gevaren,Aan dander ijDer woefte Baren,Voor en tegen Ty. 2 In t Overzeefche dille Land,Daar dEigewil gefonken is ten gronde, Daar gantlch geen liefde word gevonden ,Dan die uit God, en weer tot God ontbrand, En daar t geloofde ziele voed, In hebben, derven, voor- en- tegenfpoed ; Daar t al eenmoedig word van


Size: 1485px × 1682px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookdecade1680, bookiddebeginse, booksubjectemblems, bookyear1689