. De inlandsche kunstnijverheid in Nederlandsch Indië. 1 r, ?*\ Fig. 150. Krambil satjoekil (no. 49 op blz. 129). 129. Fig. 151. Tjèplok moendoe (no. 52 op blz. 130). cirkel, een stukje klapper, zooals men dit uit de noot peutert met een mes ( bij het maken van een gat in de noot). Regelmatig geplaatste ornamenten, die veel op driehoeken gelijken. Daartusschen kleine bloemornamenten. Uit een punt vaneen driehoek sliert aan weerszijdeneenrankje uit. 50. Tjëplok gori latar irë = een onrijpe nangka-vrucht, (Artocarpus integrifolia tot de Urticaceae), dieals groente gekoo


. De inlandsche kunstnijverheid in Nederlandsch Indië. 1 r, ?*\ Fig. 150. Krambil satjoekil (no. 49 op blz. 129). 129. Fig. 151. Tjèplok moendoe (no. 52 op blz. 130). cirkel, een stukje klapper, zooals men dit uit de noot peutert met een mes ( bij het maken van een gat in de noot). Regelmatig geplaatste ornamenten, die veel op driehoeken gelijken. Daartusschen kleine bloemornamenten. Uit een punt vaneen driehoek sliert aan weerszijdeneenrankje uit. 50. Tjëplok gori latar irë = een onrijpe nangka-vrucht, (Artocarpus integrifolia tot de Urticaceae), dieals groente gekookt en gegetenwordt. Bloembladmotieven, in sym-metrische orde over het veld ver-spreid. 51. Tjëplok kënari latar irëënari = de kënariboom ofkënari vrucht (Canarium communeL., behoorende tot de Burseraceae).Een vierkant, in t midden waarvaneen gepointilleerde of geschubde van waar 8 bloemblaadjes als stralen uitstaan. Om deze figuren in de hoeken vanhet vierkant zijn symmetrisch bladmotieven geplaatst. 52. Tjëplok moendoe latar irë = een bekende, gele, eetbarevrucht met groote pitten (Garci


Size: 1932px × 1293px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookdecade1910, booksubjectweaving, bookyear1912