. Dichtkundige bespiegelingen op LVII gepaste in koper gebragte zinnebeelden; . noegd geenprikkeling van Eerzucht gevoelen, die hen hoogeropdryft. Deze worden wel gefield onder de laage gee»flen, maar zyn draaglyk ; om dat zy wel te vredemet een fober lot van geleerdheid, niemanc overlallof befchimping aandoen: Want by de vergenoegdenhuisveft de nyd niet. By Gratiaan worden deze noch intwee foorten onderfcheiden, daar hy zegt: Bat fommi-gen liever middelmatig willen zyn in een verhevenbezigheid, dan uitmuntend ineen middelmatige;maardie zig vergenoegd (zegt hy) met middelmatig te zynin geringe
. Dichtkundige bespiegelingen op LVII gepaste in koper gebragte zinnebeelden; . noegd geenprikkeling van Eerzucht gevoelen, die hen hoogeropdryft. Deze worden wel gefield onder de laage gee»flen, maar zyn draaglyk ; om dat zy wel te vredemet een fober lot van geleerdheid, niemanc overlallof befchimping aandoen: Want by de vergenoegdenhuisveft de nyd niet. By Gratiaan worden deze noch intwee foorten onderfcheiden, daar hy zegt: Bat fommi-gen liever middelmatig willen zyn in een verhevenbezigheid, dan uitmuntend ineen middelmatige;maardie zig vergenoegd (zegt hy) met middelmatig te zynin geringe bezigheid, geeft een bewys van zyn lagengeeft y die geen edelmoedigheid kent. Die is een quaal, die niet te genezen is, om datde lyder daar geen fmart van gevoelt, ook naar geenhulpmiddelen wil om zien, noch zig daar toe laatenraaden. Anders is er niet heilzaamer, dan, dat iederzig zoodanig een ten fpiegel voor/lelie, die uytgemuntheeft in weetenfehap, niet zoo zeer om hem te volgen:maar om hem te overtreffen. Ds ZINNEBEELDEN. SPANJAART, Geen oogenblik Zo uit de trekken van het weezen, Gebaar en kleeding, blyken kan,Hoe t hart gezind is, ftaat te vreezen9 Oa>: hier zich een grootmoedig manVertoont., in zyn gewaad en treeden: Eenmenfch, die vol van zotten waan,Gedient met waereldfühe ydelheeden, Ziel. vry wat heeriyks voor laat aagt die Aardwurm op zyn ieeven PZyn brolle toethnd deed hem beeven, Elk i6o H O U B R A K E N SXXXVIII. ZINNEBEELD. Elk die maar een weinig in opmerkinge ervaarenis, weet wat de fpreekwoorden, Men kent deLeeuw aan zyne klaauwen; en de Paauw aan haa»re veeren, beduiden willen; naamelyk, dac men hun-nen aart aan de uiterlyke gedaante, kentrekken, enzwier ontdekt. De laatfte zal ons tot aanleidinge ( pronkt met een moedig opgefteken hals, ophaaren veeloogigen ilaart, en doet heur trotsheid inden traagen ommezwaay bemerken. Maar wyl ditdier meerwerf van anderen, tot een Zinnebeeld vanhovaardy en trotsheid g
Size: 1581px × 1581px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bo, bookauthorfolkemajacob16921767, bookiddichtkundigebesp00houb
