Archive image from page 540 of De flora van Nederland (1909-11). De flora van Nederland defloravannederl02heuk Year: 1909-11. FAMILIE 74. â LYTHRACEAE. â 509 8-I2-tandig. Kroonbladen 4-6, laiijfcr dan de kelktanden. Stijl verlengd, draadvorniig, met knopvormigcn stempel. Doosvrucht langwerpig ofcylin- driscli, geheel door den kelk omhuld. Biologische bijzonderheid. Zoowel bij het geslacht Lythrum als bij Peplis komen bij het bevochtigen der zaden haren te voorschijn, die aan de opper- vlakte slijmerig zijn en dienen om de zaden aan den kiembodem te bevestigen. Tabel tot het de ter mineeren de


Archive image from page 540 of De flora van Nederland (1909-11). De flora van Nederland defloravannederl02heuk Year: 1909-11. FAMILIE 74. â LYTHRACEAE. â 509 8-I2-tandig. Kroonbladen 4-6, laiijfcr dan de kelktanden. Stijl verlengd, draadvorniig, met knopvormigcn stempel. Doosvrucht langwerpig ofcylin- driscli, geheel door den kelk omhuld. Biologische bijzonderheid. Zoowel bij het geslacht Lythrum als bij Peplis komen bij het bevochtigen der zaden haren te voorschijn, die aan de opper- vlakte slijmerig zijn en dienen om de zaden aan den kiembodem te bevestigen. Tabel tot het de ter mineeren der soorten van het geslacht Lythrum. A. Bladen met hartvormigen voet. Bloemen in tot eene verlengde aar vereenigde valsche kransen. Buitenste kelktanden dubbel zoo lang als de binnenste. L. salicaria blz. 509. B. Bladen niet versmalden voet. Bloemen alleenstaand of 2 bijeen, okselstandig. Buitenste kelktanden langer dan de binnenste L. hyssopiColia biz. 511. L. salicaria â ) L. Kattenstaart (fig. 621). Uit den dikken, houtigen, schuin in den bodem liggenden en naar boven in vele hoofden uitloopenden wortel komen rechtopstaande, meest onver- takte, naar boven behaarde, hoekige stengels. De bladen zijn meest alle tegenoverstaand of in kransen van 3, zij zijn zelden verspreid. De bladen zijn zittend, lancetvormig met hartvormigen voet, spits. Zij gaan naar boven geleidelijk in schutbladen over. De bloemen zijn kort gesteeld en zitten in hoopjes in de oksels der schutbladen, zij vormen schijn- kransen, die samen tot een lange aar vereenigd zijn. De schutblaadjes vallen spoedig af. De kelk is buisvormig, behaard, met 12 ribben en tanden en iets gekleurd. Kroonbladen zijn er 6, op de kelkbuis ingeplant, zij zijn lancetvormig, uitgespreid, de helft langer dan de kelk. De bloemen zijn purper, vrij groot (10-12 mM), zelden rosà of wit. Er zijn meest 12 meeldraden, die op de kelkbuis ingeplant zijn. De doos- vrucht is langwerpig-ovaal, door den kelk omgeven (fig. 621), 2-kleppig, 2-ho


Size: 1282px × 1560px
Photo credit: © Actep Burstov / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: 1900, 1909-11, archive, book, bookauthor, bookdecade, bookpublisher, booksponsor, booksubject, bookyear, drawing, heukels_hendrik_1854_1936, historical, history, illustration, image, leiden_n_v_boekhandel_en_drukkerij_voorheen_d_j_br, page, picture, plants, print, reference, the_luesther_t_mertz_library_the_new_york_botanical_, vintage, zimmermann_a_albrecht_b_1860