. Ian van der Veens Zinne-beelden oft Adams appel . ,L e Pief kes by het bier, de Wijn-kak) by de boeter by de vis de Haper by de drooir^r, 371 De Minnaar by fyn Lief, de Zee-man by het r oer,* De Braygom by de Br&y* en ik by Teuntje moer, My dunkt daar iflet beft, hier kanmen my ontbeeren, Men noot my wel tot Rijm, maar felden tot het fmeeren* Nu dan, vaart beyde wel ghy Bruydegom en Bruyt, Leeft langh, Vreeft Godt, Teel t veel, daar me is t Lietjen uyt# Stuer Recht* Lentfche Morgen-Rey, OVER DE Houvvlijkx-Feeft des Achtbaren, Hoogh-gcleercten Heere ANTONIS PELT DerMedecijnenDoótor


. Ian van der Veens Zinne-beelden oft Adams appel . ,L e Pief kes by het bier, de Wijn-kak) by de boeter by de vis de Haper by de drooir^r, 371 De Minnaar by fyn Lief, de Zee-man by het r oer,* De Braygom by de Br&y* en ik by Teuntje moer, My dunkt daar iflet beft, hier kanmen my ontbeeren, Men noot my wel tot Rijm, maar felden tot het fmeeren* Nu dan, vaart beyde wel ghy Bruydegom en Bruyt, Leeft langh, Vreeft Godt, Teel t veel, daar me is t Lietjen uyt# Stuer Recht* Lentfche Morgen-Rey, OVER DE Houvvlijkx-Feeft des Achtbaren, Hoogh-gcleercten Heere ANTONIS PELT DerMedecijnenDoótor ,Ende d Eerbare Deught-rijke leffrouwe MARIA van HONTHORST. Geecht den 28. Aprilis, Anno 1635*VKYAGIE TufiTchen Ramia een Harderinne, ende Nantio een fïnght, Op de ftem: Biy fchap van myn vliet, &c Jtymia. Ie de dageraattCriftaltjnbefchynen, k Sie in haar ghelaat Blixem van Robyncn,k Sie de morgen-ftond Appel-blóeflern blofen,| *k Sie uyt haren Mondt vlieten roode Roofen, O! geen aardtfche dracht, en mach zyn gheacht A a4 a. By foo Goddelyke pronk, Voor dees Hemels pracht wyken droom en Nacht*Fabel-fproken; en. gheronk,O! ghy Dach-Goddinne,Morpheus Vyandinne,Soete Troofteres ter Zee:Breek-fpul van de Minne,Welkom zijt VribdinneMy en myne Schaapjes mee. OEngelyke ftem! o J{amia Vrindmnê?O Balfém mynes Ziels,. vergode Harderinne7Steur ik dijn foet gequeel > foo neem daar wrake van,Dcod my met dynne ftem die alles locken kan,Deef Paradyfle Moort die werc dy licht vergeven;Dies fpoedy tot de daat, kom Lieffte neem my t leven,!En fingh my inde flaap, tot ik ten Hemel vaar,Soo werd ik van dyn Lief, dyn trouwe Martelaar*Jtym. Hoor Nantio eens Cofèn,Hy badet inde Rofen,Ja Fluyter zyt ghy daar *Ja, TV^/oift waar ?Sout ghy wel derven willen >Dit zyn u oude grillen,Neen Linker g hebt gheen haaft,Nan. hetnaaft-Maar cfet ghy t wel verftaat, dies een byfonder derven,EenHonigh-foete Doot, om kusjes van te LoopCovel, t is vant mal,Nufluytetn


Size: 1763px × 1417px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookidianvanderveens, booksubjectdutchpoetry, booksubjectemblems