. De flora van Nederland. Plants. 274 PLANTAGINACEAE. FAMILIE 100. b. Bloemkroonbuis behaard. Aarstelen rond, niet gestreept. Zaden op de binnenzijde vlak (planten bij liet drogen bruinzwart wordend). aa. Bladen grijsgroen, lijnvormig, kaal, meest gaafrandig, gegroefd 3-nervig, de zijnerven in het midden tusschen middennerf en rand. Aren verlengd cylin- drisch. Achterste kelkslippen met scherpe, groene kiel. Doosvrucht langwerpig- kegelvormig, spits. Hokjes ongedeeld, 1-zadig . . P. maritima blz. 277. bb. Bladen lichtgroen, verwijderd getand, vinspletig of dubbel vinspletig, gewim- perd of ruw


. De flora van Nederland. Plants. 274 PLANTAGINACEAE. FAMILIE 100. b. Bloemkroonbuis behaard. Aarstelen rond, niet gestreept. Zaden op de binnenzijde vlak (planten bij liet drogen bruinzwart wordend). aa. Bladen grijsgroen, lijnvormig, kaal, meest gaafrandig, gegroefd 3-nervig, de zijnerven in het midden tusschen middennerf en rand. Aren verlengd cylin- drisch. Achterste kelkslippen met scherpe, groene kiel. Doosvrucht langwerpig- kegelvormig, spits. Hokjes ongedeeld, 1-zadig . . P. maritima blz. 277. bb. Bladen lichtgroen, verwijderd getand, vinspletig of dubbel vinspletig, gewim- perd of ruw behaard. Aren langwerpig of verlengd cylindrisch, dicht. Achterste kelkslippen met vliezig gevleugelde, gewimperde kiel. Doosvrucht eirond, stomp. Hokjes door een valsch tusschenschot in 2 eenzadige afdeelingen gescheiden P. Coronopus blz. 278. cc. Plant donkergroen. Bladen lijnvormig, toegespitst, gaafrandig, in den steel versmald, soms 3-nervig. Aar cylindrisch. Schutbladen lijnvormig, de onderste zeer lang. Doosvrucht 2-zadig P. aristata blz. 278. B. Stengel bebladerd, vertakt. Bladen tegenoverstaand. Bloemkroonbuis dwars gerimpeld, behaard. Hokjes der doosvrucht met een aan de binnenzijde gootvormig verdiept zaad. a. Onderste schutbladen eirond, in een lange, bladachtige punt versmald, de bovenste spatelvormig, stomp. Voorste kelkslippen spatelvormig, stomp, de achterste lancet- vormig, spits. Stengel kruidachtig, rechtopstaand . . P. arenaria blz. 279. b. Schutbladen breed eirond, stomp, de onderste in een bladachtige naald uitloopend^ de bovenste stekelpuntig. Voorste kelkslippen breed eirond, stomp, stekelpuntig, de achterste smaller met gewimperde kiel. Stengel heesterachtig, opstijgend. P. Cynops blz. 279. Volksnamen. De naam weegbree wordt het meest gebruikt. Op vele plaatsen spreekt men ook van weegblad en van weegbladen, in Friesland spreekt men ook van weversblad, op de Noord-Veluwe van drieweegblad, op de Oost-Veluwe van konijnenblad, in de Noord-Betuwe van tweew


Size: 1430px × 1748px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants