. Voncken der liefde Jesu : van het Godtbegerende zielenvier : bloemitjes der salige hoope, tot verheugelykheid der wandelaars langs den weg, na vreden ryk : een behelsinge van vyftig sinne-beelden, met hunne daar op spelende verssen, en heylige spreuken . an uw Gemoedt > Die treckt u tot een ewig goedt,Niet uyt te fpreeken , noch te meeten, Al fyt gy veer > gy fyt niet los jDe Godcheyt heeft u ook gebonden , :En roept u, uyt den dienft der fonden, * Waar in gy maaldt, gelyk een Ros. Gv der LIEFDE J E S U, Fol. 131 Gy fyt tot geen Slavin gebooren,» Maar tot een Koninglyke Bruydt; Breekt
. Voncken der liefde Jesu : van het Godtbegerende zielenvier : bloemitjes der salige hoope, tot verheugelykheid der wandelaars langs den weg, na vreden ryk : een behelsinge van vyftig sinne-beelden, met hunne daar op spelende verssen, en heylige spreuken . an uw Gemoedt > Die treckt u tot een ewig goedt,Niet uyt te fpreeken , noch te meeten, Al fyt gy veer > gy fyt niet los jDe Godcheyt heeft u ook gebonden , :En roept u, uyt den dienft der fonden, * Waar in gy maaldt, gelyk een Ros. Gv der LIEFDE J E S U, Fol. 131 Gy fyt tot geen Slavin gebooren,» Maar tot een Koninglyke Bruydt; Breekt van de flaaffe banden uyc,Süo is u Hemels heyl befchooreri. Al fy n de banden fwaar en fterck,Indien zy uw Gemoedt verveelen ,De Hoogfte fal u fte rekte deelen , Soo gy het meendt $ begint maar werek,O Menfchen Ziel, foo hoog van waarde l t Is eydel, dat gy andre diend , Godt is u allerbefte Vrindt,Die geeft u Hemels goedt voor aarde. Heylig Antwoordt. corwaar, voorwaar Jegge lcl^u, Eenygelick die deJon-de dect, is een dienjlknecht derJonde. En de dienjikneebtlyft niet ewïglicli in hethujr, de Sone blyfPaewiglic\ien dan de Sone u Jal vry gemaakt hebben, Joojult °ylic^vryyn. Joan. ,35,36. I i Van FoI,i32 V O N C K E NVan twee, een Keerdt weder m my , /preek* de Heer e derheyr/oharefoo [al ick -weder tot u lieden keren > feyde ds Heere ikeyr/charen. Sach. I. vers 5. Sm . der LIEFDE J E S U, Soecly den Heere terwyie by te vinden f5. vers 6. TT7ie maakt dit bruyne fchadu beeldt ,* * Dat nevens t lichaam henc fpeeldt ,Gans niet tontreden > noch te myden ? Wie of hier van den oorfaakzy I Of deen, of dander, ick of gy ,Of fyn wy t liever alle byde ? Want of de Sonnelchyn daar is, Bebalvcn t lichaam is het mis;Daar word geen fchadu beeld geboaren : En of ick lange ilaa, en praal, Behalven glans van Sonneftraal,Soo komter ook geen fchim te vooren: Dies hangt het van ons beyden af, Daar elck > hier toe, het zyne gaf,Ick duyfternïs, en gy het
Size: 1434px × 1742px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookauthorluikenja, bookdecade1680, bookidvonckenderliefde01luik