. Spiegel van het menselyk bedryf: vertoonende honderd verscheiden ambachten, konstig afgebeeld en met godlyke spreuken en stichtelyke verzen verryke . e , Ziet een Zaaijer ging uit om ttzaaijen. & ♦ ffeadikk HUISRAAD. 4* .£# /fy zaaide viel een deel [zaads~] by deniveg: en de vogelen quamen, en aten dat zelve op. En een ander [deeï] viel op fleenachtige [plaat-fen, 2 daar het niet veel aarde en hadde , en hetging terfland op , om dat het geen diepte van aar-de en hadde. Maar als de Zonne opgegaan was, zo is het ver-h and ge worden, en om dat het geen wortel en had- de^ is het verdord. 1 En ee
. Spiegel van het menselyk bedryf: vertoonende honderd verscheiden ambachten, konstig afgebeeld en met godlyke spreuken en stichtelyke verzen verryke . e , Ziet een Zaaijer ging uit om ttzaaijen. & ♦ ffeadikk HUISRAAD. 4* .£# /fy zaaide viel een deel [zaads~] by deniveg: en de vogelen quamen, en aten dat zelve op. En een ander [deeï] viel op fleenachtige [plaat-fen, 2 daar het niet veel aarde en hadde , en hetging terfland op , om dat het geen diepte van aar-de en hadde. Maar als de Zonne opgegaan was, zo is het ver-h and ge worden, en om dat het geen wortel en had- de^ is het verdord. 1 En een ander [deel] viel in de doornen : en dedoornen wiejjen op, en verflikten het zelve: En een ander [deel] viel in de goede aarde, en; gaf vrucht , het een honderd, het ander feflig. *n het ander dertig [voud. ] Wie oor en heeft om te hoor en. die III: 7, 8. tÜl - Daarm ^k de HeiUle Geeft zegt, Heden in-éien gy zyne fiemme hoor et. Zo en ™rhard uwe herten niet, gelyk [het ge-fchtedis] in de verbitteringe, ten dage der verzoe-kinge, in de woefiyne. 1$ ... ... y D 3 De 1*1 i 46 Het*LEERZ A AM Pe KANDELAAR,Ontfangt en Jezus dan fprak wederom tot ha*r4ieden, zeg&»fc\Ut ben *t licht der wereld: die my vol%t en zal in de dm)ternijfe niet itiandelen , maar zal bét licht des levenshebben. Joannes VIII; iz. n HUISRAAD. 47Op Figuur XIII. D e Kandelaar, daar toe gericht,Op dat hy draag dat ichoone licht, Het geen de lange avond-ftonden,Zo welbehaagelyk verklaard, ^En alles in zich openbaard, Dat in het Duifter lag bewonden:Die is een waardigheid en puik,Van nut en noodig Huis-gebruik: Maar in t aanzienlyk Huis der Ziele,Daar zo veel noodloos huisraad is,Daar teld men Hem doch veeltyds mis, Die t waare licht des levens hiele;Een welgefchiktheid in t Gemoed,Om vaft te houden zulk een Goed, Dat elk tot Heil is aangeftooken. Zo woond men achtloos, Jaaren lank,Tot ftruikling over ftoel en bank, En blyft in t aardfe donker fpooken. D 4 Jezaias 48 Het LEERZAAM EJeza
Size: 1489px × 1679px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., boo, bookauthorluikencaspar16721708, bookauthorluikenjan16491712
