. Sinne- en minne-beelden ; Selfstryt ; Tooneel der mannelyke agtbaarheydt ; Galathea of Herderskalsgt ; Klagende maegden : en andere mengelrymen . n de genoode: doot zyn-de, Kildy aldus wefen. Hegefias leerde met foodanigengewichte van de onflerffelykheyt der zielen, dat hy aenvele, niet alleenlyk de vreefe des doodts geheelyk wechnam, maer ook lust dede krygen tot het fterven. Dusda-:nige menfchen, niet wetende van de toekomende ge-lukfiüigheydt, geven my dagelyx als een fpoor, omdele bedcnkinge my gantlch en *al gemeenfaem to^ ma-ken : Dies verhope ik ook (door Godts genade) de fakedaer toe


. Sinne- en minne-beelden ; Selfstryt ; Tooneel der mannelyke agtbaarheydt ; Galathea of Herderskalsgt ; Klagende maegden : en andere mengelrymen . n de genoode: doot zyn-de, Kildy aldus wefen. Hegefias leerde met foodanigengewichte van de onflerffelykheyt der zielen, dat hy aenvele, niet alleenlyk de vreefe des doodts geheelyk wechnam, maer ook lust dede krygen tot het fterven. Dusda-:nige menfchen, niet wetende van de toekomende ge-lukfiüigheydt, geven my dagelyx als een fpoor, omdele bedcnkinge my gantlch en *al gemeenfaem to^ ma-ken : Dies verhope ik ook (door Godts genade) de fakedaer toe nu gebracht te hebben, dat ik de doodt onder F hare 82 l C A T S haer holle oogen, fonder my t ontMlen, foude dervenaenfien. En wat fou my doch van fulx wederhouden ?De wereldt (of ik fchoon vanhier fcheyde) en fal my nieteens miiTen, overmits fy noch inwoonders genoeg, enbeter als ik ben, fal blyven behouden: Ik van gelyke, enfal de wereldt niet eens milfen; want veel dingen die be-ter zyn als fy, fullen my gewerden: In de wereldt isuytnemende ellendigheydt, buyten de wereldt onuyt-fprekelyke gelukfaligheydt. NÜDA MOVET ffordt dit gewas ontkleet^ Al was et lief foo wordt *et leet V^ Ermydt u, domme jeugt, ajuyn te willen fchellen,Of 5 fiet i u treurig oog fal van de tranen fwellen;Maer lbo je met de vrucht wilt fpelen fonder leet,Suo raektfe fachtjes aen, en laet het ding gekleet. Gy Sinnc tn Mtnm - Beelden. ^3 Gy meugt u jong gefel, ter eeren wel vermaken,Maer pleegt geen ander min als door eerbiedig raken:t Is noch al, foo het plag. Aéteons naekt hy fonder kleet de jonge nymphen üet. Na t is ontkUetySoo ivort et ket. E En waterlantfche Tryn fat censajuyn en fchelde,Enklaegdedat de lucht haer oogen dapper quelde,En kyk eens ( fprak de meyt) ik hebber mé gefpeelt,En doen heeft my het ding m t minfte niet gaet et lieve moer, ging Els hier tegen feggen, .Met die foo met er haest haer fpillen t famen leggen ;t Is wel foo lang


Size: 1782px × 1403px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthorcatsjacob15771660, bookcentury1700, booksubjectemblems