Archive image from page 439 of De Dierentuin van het Koninklijk. De Dierentuin van het Koninklijk Zoologisch Genootschap Natura Artis Magistra te Amsterdam dedierentuinvanh00schl Year: 1872 s. : Dn Japaiiiclie Reliniiis. e/er/fi DE CHINCHILLA'S. ERIOMYS. Men vat, onder dezen a'acmecnen naam, eenige groote knaagdieren zaaien, die in de Zuidelijke en Westelijke streken van Zuid-Amerika t'huis beliooren. Met uitzondering van hunnen langeren staart, vertoonen zij in grootte en gestalte eenige uiterlijke overeenkomst met de konijnen, en eene soort doet, door hare verlengde achterpooten,


Archive image from page 439 of De Dierentuin van het Koninklijk. De Dierentuin van het Koninklijk Zoologisch Genootschap Natura Artis Magistra te Amsterdam dedierentuinvanh00schl Year: 1872 s. : Dn Japaiiiclie Reliniiis. e/er/fi DE CHINCHILLA'S. ERIOMYS. Men vat, onder dezen a'acmecnen naam, eenige groote knaagdieren zaaien, die in de Zuidelijke en Westelijke streken van Zuid-Amerika t'huis beliooren. Met uitzondering van hunnen langeren staart, vertoonen zij in grootte en gestalte eenige uiterlijke overeenkomst met de konijnen, en eene soort doet, door hare verlengde achterpooten, zelfs aan de springhazen denken. Hunne achterpooten zijn steeds langer dan de voorpooten; de staart is aan de zijden en van boven met lang en stug haar bezet, en hunne ooren zijn groot. Hunne kiezen hebben geene afzonderlijke wortels, en bestaan uit twee of drie dwarse platen; er zijn er, aan weerszijde van elke kaak, vier aanwezig. Het getal hunner teenen verschilt volgens de soorten. Deze dieren loopen springende en zetten zich dikwerf op de achterpooten. Zij leven gezellig in holen, waarin zij over dag huisvesten, terwijl zij des nachts te voorschijn komen om hun voedsel te gaan opzoeken. Men noemt eigenlijke Chinchilla's de soorten, die aan eiken voorpoot vijf, aan eiken achterpoot vier teenen hebben. Hare nagels zijn klein; de staart is slechts half zoo lang als de romp, maar zij hebben zeer breede ooren. Het haar is buitengewoon zacht en zilverachtig grijs. Men- treft deze dieren op de gebergten van Peru en Chili aan. Zij slaan hun verblijf in rotsholen of tusschen steenen op, en voeden zich met saprijke planten en hare bollen. Daar zij zeer tam worden, zoo houdt men ze in hun geboorteland dikwijls als huisdieren. De vellen, die een zachter bont leveren dan die van eenig ander tlier, waren, nadat zij voor een veertigtal jaren voor het eerst naar Europa vervoerd werden, gedurende eenigen tijd als bont zeer gezocht. Door hunne menigvuldigheid raakten zij intusschen weldra


Size: 1827px × 1095px
Photo credit: © Bookive / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: 1870, 1872, amsterdam_van_es_, archive, birds, book, bookauthor, bookdecade, bookpublisher, booksubject, bookyear, drawing, historical, history, illustration, image, page, picture, print, reference, schlegel_h_hermann_1804_1884, vintage, witkamp_pieter_harme_1816_1892, zoos