. Onze vogels in huis en tuin . ijen der eijeren noodigis, genoegzaam ontwikkeld zijn om in hun onderhoud te kunnen voorzien. Bijde meeste andere in boomen of holen broeijende vogels vereischt de opvoedingder jongen een langer tijdperk, dan het uitbroeijen der eijeren, waarmede gewoonlijk12 a 14 dagen verloopen, terwijl de opvoeding of genoegzame ontwikkeling derjongen 14 a 19 dagen vordert. Op den grond, onder het gras, zijn dan ook de jeugdige spruiten steeds veilig en kunnen niet vallen of zich bezeeren, en zijbehoeven daar ook hunne vleugels niet zoo spoedig te gebruiken. Jonge zangers,Lij
. Onze vogels in huis en tuin . ijen der eijeren noodigis, genoegzaam ontwikkeld zijn om in hun onderhoud te kunnen voorzien. Bijde meeste andere in boomen of holen broeijende vogels vereischt de opvoedingder jongen een langer tijdperk, dan het uitbroeijen der eijeren, waarmede gewoonlijk12 a 14 dagen verloopen, terwijl de opvoeding of genoegzame ontwikkeling derjongen 14 a 19 dagen vordert. Op den grond, onder het gras, zijn dan ook de jeugdige spruiten steeds veilig en kunnen niet vallen of zich bezeeren, en zijbehoeven daar ook hunne vleugels niet zoo spoedig te gebruiken. Jonge zangers,Lijsters en Vinken, daarentegen, dienen behoorlijk te kunnen vliegen, alvorens dewijde wereld in te gaan, of zij vallen terstond ter prooi aan roofdieren of straat-jongens, waarvan zij, vooral van de laatsten, toch reeds genoeg te duchten voêre den Graspieper op gelijke wijze als de vroeger beschreven soort,geve hem dezelfde soort van kooi, en vooral zonnelicht en versche lucht, alsmedewater, waarin hij zich kan t /v :, v // ,;// jf■ r/f IV üraP exc DE ROZENSPREEUW, PASTOR ROSEUS. De Rozen- of Rosé-Spreeuw bewoont voornamelijk het Zuid-Oosten vanEuropa, een groot gedeelte van Azië en Noord-Afrika. In gematigd Europa is hijzeldzamer; evenwel bezoekt hij ook, ofschoon in geringen getale, dikwijls onzegrensprovinciën, en is zelfs eens of meermalen nabij s Gravenhage op het vinkennetgevangen. Het mannetje is iets sterker gekleurd, dan het wijfje, hetwelk de roode borsten rugveêren flets rosé, en kop, staart en vleugels nagenoeg zonder metaalglansheeft. De jongen hebben in hun eerste vederkleed veel overeenkomst met die vanonzen gewonen Spreeuw, doch zijn steeds kleiner en over het geheel een weiniglichter van kleur. Ook de zang van het mannetje komt met dien van onzen Spreeuw nagenoeggeheel overeen en is zelfs nog eenvoudiger. Het voedsel dezer vogels bestaat hoofdzakelijk uit sprinkhanen, en hunneonverwachte verschijning in de somtijds door sprinkhan
Size: 1424px × 1755px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookauthorkeul, bookcentury1800, bookdecade1860, booksubjectbirds