. Dr. van Gorkom's Oost-Indische cultures. Opnieuw uitg. onder redactie van Prinsen Geerligs. [Door van der Stock et al.] . Fig. 14. Tabak drogen in Pajakoemboeh. 5—7 losse bladeren mee; vóór het gebruik droogt hij ze boven het vuur en omwikkelt ze met geprepareerden bast, soms met een stukje pisangblad, waarna het rolletje met een koordje vastgebonden wordt. Tabaksblad, als omblad of dekblad wordt nooit voor dit doel gebruikt. Op andere plaatsen dienen voor dit doel ook Pandanus-bladeren of versch blad van Hibiscus tiliaceus. Sommige stammen rooken de tabak in den vorm van „str


. Dr. van Gorkom's Oost-Indische cultures. Opnieuw uitg. onder redactie van Prinsen Geerligs. [Door van der Stock et al.] . Fig. 14. Tabak drogen in Pajakoemboeh. 5—7 losse bladeren mee; vóór het gebruik droogt hij ze boven het vuur en omwikkelt ze met geprepareerden bast, soms met een stukje pisangblad, waarna het rolletje met een koordje vastgebonden wordt. Tabaksblad, als omblad of dekblad wordt nooit voor dit doel gebruikt. Op andere plaatsen dienen voor dit doel ook Pandanus-bladeren of versch blad van Hibiscus tiliaceus. Sommige stammen rooken de tabak in den vorm van „strootjes"; het blad (tabak) wordt eerst korten tijd bij het vuur gehouden, zoodat het gemakkelijk fijn te wrijven is, daarna rollen zij de fijne tabak in een stuk pisangblad, al clan niet met een stukje vezel vastgebonden. Dergelijke „strootjes" zijn zeer


Size: 3145px × 1589px
Photo credit: © The Bookworm Collection / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookdecade1910, booksubjectagriculture, bookyear