. Stichtelyke zinnebeelden, en Bybel-stoffen . naar beneden:Zyn gunfl zal u niet overflaan,Maar hy wil daarom zyn wysheidt die van boven is,Is zuiver, vreedtzaam, en befcheiden^ Vol Z I N N E-B E E L D E N. loi Vol liefde en dank-erkentenis,Geneigt om t twidvuur te Salomon om wysheidt badt,Verkreeg hy meer dan hy kon wenfchen,Geleertheidt, aanzien, eer en fchat,Uitmuntende in t geilagt der menfchen.ó Volgde wy dien Koning naa,Met hem om t nodigfle af te fmeeken ,Gewis, Godt floeg ons bidden gaa,Niets zoude aan onzen wenfch fmeeken wy , en krygen t niet,


. Stichtelyke zinnebeelden, en Bybel-stoffen . naar beneden:Zyn gunfl zal u niet overflaan,Maar hy wil daarom zyn wysheidt die van boven is,Is zuiver, vreedtzaam, en befcheiden^ Vol Z I N N E-B E E L D E N. loi Vol liefde en dank-erkentenis,Geneigt om t twidvuur te Salomon om wysheidt badt,Verkreeg hy meer dan hy kon wenfchen,Geleertheidt, aanzien, eer en fchat,Uitmuntende in t geilagt der menfchen.ó Volgde wy dien Koning naa,Met hem om t nodigfle af te fmeeken ,Gewis, Godt floeg ons bidden gaa,Niets zoude aan onzen wenfch fmeeken wy , en krygen t niet,Waarom? wy bidden zonder oordeel,Wyl wy niet denken, als t gefchiedt,Of t flrekken zal tot fchaade of voordeel.ó Bron der wysheidt! fchenk ons dan,Een hart dat nooit iets zal begeeren,Dan t geen alleen verflrekken kan,Tot onzen nutte en U ter eeren. Spreuken Cap. viii. vers ii. Want ivysheidt isbeter dan robynen; ende al ijoat men begeerenmagh, en is met haar niet te vergeleken. G 3 XXVL ÏC2 S T I C H T E L Y K EX X V Verfclieelt veeL. Jiaggai Cap. ii. vers lo. De heerlykheidt dezeslaatjien Huif es zal groot er worden, dan des eer-ft en, zeit de HE ERE der heirfchaaren, endein deze plaatze zal ik vreede geven, fpeekt deHEERE der heirfchaaren. H oe pragtig ftaat dit Heeren huys,Uit digt geboomte om hoog gerezen , Daar Z I N N E-B E E L D E N. 103 Daar t niet in t minft voor t fherk gedruis Van florm, of onweer heeft te vreezen. In tegendeel dit Boere dak, Staat wankelbaar, alom gefchonden, Op t minfte windtje, krygt t een krak, En alles ftort gelyk ten gronden. ó Zinneprent voor ons verflandt! Gy wyft in ziels befpiegelingen Ons op den onvolmaakten flant, Der aardtfche en ondermaanfche dingen, Wat wykt het alles door den tydt : Paleizen, Steeden, Koningkryken, Niets is er, dat op aardt niet flyt, t Moet alles voor zyn aankomfl wyken. Toen Jefus uit het heiligdom, Met zyn gevolg kwam aangetreeden , Wat zag elk met verwondring om , Naar de opgeboude koftlykheden, Goê meef


Size: 1707px × 1464px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1700, bookdecade1740, booksubjectemblems, bookyear1740