. Zedelyke en stichtelyke gezangen . p wy noch flaan, voor Godes niet onryp, door hem zyn zyne gunft, van boven, na beneden,Maar (laan noch fchoon, om door oprechte zucht, Te werden tot een rype en goede vrucht: quam en ging gy weder heen,Terwyl Uw Ikaal ons vruchteloos befcheensWy waaren als den den velde,Om dat wy t hert niet op onze oorfprong üelde,In t fchoon bezit van zyn vergunde Tyd,En raakten zo het Heil der dagen quyt. 9-Maar nu zy God in eeuwigheid gedankt. Die ons den tyd dus verre heeft verlangd,Dat wy t verzuim der koll
. Zedelyke en stichtelyke gezangen . p wy noch flaan, voor Godes niet onryp, door hem zyn zyne gunft, van boven, na beneden,Maar (laan noch fchoon, om door oprechte zucht, Te werden tot een rype en goede vrucht: quam en ging gy weder heen,Terwyl Uw Ikaal ons vruchteloos befcheensWy waaren als den den velde,Om dat wy t hert niet op onze oorfprong üelde,In t fchoon bezit van zyn vergunde Tyd,En raakten zo het Heil der dagen quyt. 9-Maar nu zy God in eeuwigheid gedankt. Die ons den tyd dus verre heeft verlangd,Dat wy t verzuim der kollelyke dagenHerhaalen, door het doen van zyn behaagen. ó Groote Schat! van God vergunde Tyd, Die ons een boom, met gulde vruchten zyt!10. Geleid ons dan, aan uwe hand gevat, Door dezen dag op t vroomen levens doolingen van t Werelds fpoor alle fchaade aan onze zi^I te myden, Tot in den dag van klaare Hemel-lchyn , Daar t Eeuwig Dag, en niet meer Nacht zal zyn* illo 20 Zedelykè en StIchtelykéI I telt al af;. Zie , gy hebt myne dagen een bandbreet gejlèld, enmne leeftyd is als niets voor u ,• immers is een ider menfcb^Iboe] vaftbyftaat, enkel idelbeid. Pfalm XXXIX: ó.È(5i De menfcb is de idelbeid gelyk: zyne dagen zyn als een<voorbygaande Jcbaduw, Pfalm CXLlV: 4» , ^ ^ ^ p. GEZANGEN. 21 AVOND-GEZANG. Toon: Amarilli mia bella* I* liet ons leven h heenen, [et dezen dag, en alle andre dagen, Die wy op aarde zagen,Gelyk een droom, en nevel-wolk verdweene. De zucht in God alleene,Gaat nietverlooren, maar blyft voor ons behouwenEeuwig wezen, eeuwig weezen, eeuwig wezen onsbetrouwea. 2. Allerhoogfte gepreezen, Bedekt ons doch, met fchaduw uwer zegen ^ Daar wy in flaap gelegenBehouden zyn, door uw alwezend wezen. Om voor geen quaad te vreezen,En uit genade, daar wy t gevaar ontraaken,In uw liefde, in uw liefde, in uw liefde weêronC-waaken. 3- Vluchtig, vluchtig is t leven, Gelyk den dag van heden nu vervlootcrl. Al *t voorge heeft beflooten ,Zo zal de
Size: 1429px × 1748px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., booksubjectemblems, booksubjectjesuschrist, booksubjectmysticism
