. Cl. Bruins Aanmerkingen op Otto van Veens Zinnebeelden der goddelyke liefde . dieliefde in de hoop der toekomende fchatten; dus ruft zyopdicliefde, terwyl ze flaapt; dus leunt zy op deeze liefde, in haarberoep en uitfpanningen; dus word zy door die liefde ver-troort, wanneer zy bedroeft is, verrykt, wanneer zy arm is,befchermt, wanneer zy in gevaar is, en verzekert van de eeu-wige gelukzaligheid, wanneer zy met den laatften vyand, dedood, worftek: en die band is wel allereigenlykit volmaakt,om dat ze nooit zal brecken, noch in deeze , noch in de toe-komende eeuwe. Hetgeloofhoudopalswefterven
. Cl. Bruins Aanmerkingen op Otto van Veens Zinnebeelden der goddelyke liefde . dieliefde in de hoop der toekomende fchatten; dus ruft zyopdicliefde, terwyl ze flaapt; dus leunt zy op deeze liefde, in haarberoep en uitfpanningen; dus word zy door die liefde ver-troort, wanneer zy bedroeft is, verrykt, wanneer zy arm is,befchermt, wanneer zy in gevaar is, en verzekert van de eeu-wige gelukzaligheid, wanneer zy met den laatften vyand, dedood, worftek: en die band is wel allereigenlykit volmaakt,om dat ze nooit zal brecken, noch in deeze , noch in de toe-komende eeuwe. Hetgeloofhoudopalswefterven; de hoopverdwynt alst genot zich openbaart; maar de liefde vergaatnimmermeer; zy biyft zo lang als t liefhebbend Opperwezen,dat is eeuwig en altoos, ó Voimaakte Lieldeband 1 Wie moetniet op u vcrlieven.^ Wie moet uééne einde niet geduurigvaflhouden, en door een heilige wandel toelirikken, om aan hetandere, door den Koning aller koningen inzyne volxaligege-meenfchap, oneindig valt geknoopt te worden.* Dt o. V. Veens Zinnebeelden, jp D:! Liefde is een volmaakten Myn Bruidegom, verflerk myn hani,Op dit ik deezen vaften band Der lierde nimmermeer mag llaaken,Terwyl ge trekt van uwe zy;Dus, wel verëenigt, zullen wy Die heildrik on verbreek lyk maakeu:Maar zo my deeze knoop ontviel,Was t uit met ligchaam j en oict zieUC4 Ht» 40 Aanmerkingen op ^ vleefch hegeer t te^en den geejl ^ en de geeft tegen het vleefch,en deeze ftaan tegen tnalkanderen y leezcn wy hy Galat en \. vers17. Deeze woorden verbeelden den geduurigen ftryd van eenchrirten, in deeze verleidelykewaereld. Het vleefch betekenthier de natuur, die door de kwaade gewoonte verdorven is;en de geeft, de liefde Gods, en de goedeinbJaazingenenaan-drangen van den H» Geeft, die ieder hun beft doen om denmenfch tot hunne belangens over te haaien. Hier wift deAloiidheyd een fchets van af te maaien, in t leerzaam verdicht-fel van Hercules, die zy tuiTchen de welluft en de deugd plaat-fte, in welken ftryd de laat
Size: 1462px × 1708px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., booksubjectchristianli, booksubjectemblems, booksubjectloveinart
