. De flora van Nederland. Plants. FAMILir, 77. — ROSACEAE. 569 en op Walcheren gebruikt wordt, spreekt men van meerwortel in Groningen en Oostelijk-Drente, op Walcheren ook van schijtwortel, in Groningen van weewortel, in Noord-üverijsel van weeblaadje en in de Graafschap Zutphen van wedewinde. Verscheidene dezer namen wijzen op het gebruik, dat de boeren in verschillende streken van deze plant maken. Zij geven den wortelstok aan het vee, dat bloed watert. De naam meerwortel zou dan in verband staan met de uitdrukking „Aan 't meer te staan", die gebruikt wordt door de boeren om de genoemd
. De flora van Nederland. Plants. FAMILir, 77. — ROSACEAE. 569 en op Walcheren gebruikt wordt, spreekt men van meerwortel in Groningen en Oostelijk-Drente, op Walcheren ook van schijtwortel, in Groningen van weewortel, in Noord-üverijsel van weeblaadje en in de Graafschap Zutphen van wedewinde. Verscheidene dezer namen wijzen op het gebruik, dat de boeren in verschillende streken van deze plant maken. Zij geven den wortelstok aan het vee, dat bloed watert. De naam meerwortel zou dan in verband staan met de uitdrukking „Aan 't meer te staan", die gebruikt wordt door de boeren om de genoemde ziekte aan te duiden. Waarschijnlijk staat dit gebruik in verband met de roode kleur van den wortelstok op de doorsnede, volgens de leer der signatura rerum. Voorkomen in Europa en in Neacrland. De plant is in geheel Europa algemeen op open zand- en heidegrond, ook bij ons. Volgens Drude is zij meer een plant der vochtige veengronden en zijn de exemplaren, die op heidegrond groeiden, dan ook veel kleiner. P. procümbens', Sibth. (Tormentilla réptans-) L.) Kruipganzerik (fig. 694). Deze plant heeft een wortelstok, die aan den hals dikker is dan lager. Daaruit komen lange, liggende, aan den top wor- telende stengels. Soms ook wortelen zij niet, zijn naar boven vertakt, wollig. De bovenste bladen zijn zeer kort gesteeld, meest 3-tallig, de onderste meest 5-tallig (verschil met P. Tormentilla, waarbij de bladen ongesteeld zijn). De blaadjes zijn wig- vormig-omgekeerd eirond, van voren ingesneden gezaagd, vooral van onderen aangedrukt behaard. De steunbladen zijn gaaf of 2-spletig. De bloemen staan alleen, opstelen, die even lang als of iets langer zijn dan de bladen. Zij zijn vrij groot (14-18 mA\), geel. De bijkelk is even lang als de kelk. De kroonbladen zijn omgekeerd hartvor- mig, langer dan de kelk, aan den voet donkerder. Zijn de bloemen 5-tallig, dan zou men haar met P. reptans kunnen ver- wisselen, doch bij P. procümbens zijn de stengel- bladen 3-tallig. De vruchte
Size: 1414px × 1767px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants