. De flora van Nederland. Plants. Familik 29. — POLYGONACEAIÏ. — 65 (HUI. Binnenste vriiclitliloeindekslippen Ian|j:weipif,'-ilriehoeki},'. Onderste bladen liaitv()rmi)j;-eirond , stomp. Schijntrossen naar boven onbebladerd. Bin- nenste vrnclitbloenidekslippen stomp, meest aan den voet aan weerszijden met 3—5 priemvormij^e tanden, alle knobbels dragend. 11. obtusilolius biz. 66. bbt). Binnenste vriichtbloemdekslippen smal lannwerpi),', stomp, bijna of geheel f,'aafrandiK (veel kleiner dan bij de vorige en de voljicnde). <(. Onderste bladen lanj;;werpiK. Schijntrossen afgebroken, bijna tot a
. De flora van Nederland. Plants. Familik 29. — POLYGONACEAIÏ. — 65 (HUI. Binnenste vriiclitliloeindekslippen Ian|j:weipif,'-ilriehoeki},'. Onderste bladen liaitv()rmi)j;-eirond , stomp. Schijntrossen naar boven onbebladerd. Bin- nenste vrnclitbloenidekslippen stomp, meest aan den voet aan weerszijden met 3—5 priemvormij^e tanden, alle knobbels dragend. 11. obtusilolius biz. 66. bbt). Binnenste vriichtbloemdekslippen smal lannwerpi),', stomp, bijna of geheel f,'aafrandiK (veel kleiner dan bij de vorige en de voljicnde). <(. Onderste bladen lanj;;werpiK. Schijntrossen afgebroken, bijna tot aan den top bebladcrd R. coii^' bIz. 67- /)'. Schijntrossen alleen aan den voet bebladerd. Een of 2 bloemdek- slippen zonder knobbels H. . bIz. 67. öb. Binnenste vrnchtbloemdekslippen even lang als of weinig langer dan breed , bijna of geheel gaafrandig. aaa. Binnenste vrnchtbloemdekslippen alle of althans 1 knobbeldragend. Bladen meest stijf, bijna lederachtig. Bladstelen van boven vlak. «. Bladen lancetvormig, aan den rand gegolfd, de onderste aan den voet afgeknot of iets hartvormig. Binnenste bloemdekslippcn rond- achtig-hartvormig, een met knobbel U. cri.'^ bIz. 68. /)'. Bladen breed lancetvormig, teerder. Plant tot Overigens als R. crispus II. ( bIz. 71. ;-. Bladen spits, aan den voet versmald, de onderste zeer groot, vlak. Binnenste bloemdekslippcn eirond, niet hartvormig, alle of althans 2 met knobbels R. Hyrtrolapathiitii bIz. 70. bbb. Binnenste bloemdekslippcn zonder knobbels. Bladen dun , langwerpig- eirond, spits of iets stomp, aan den voet diep-hartvormig, met goot- vormigen steel. Binnenste bloemdekslippcn rondachtig-eirond met iets hartvormigen voet R. uiiniiticus blz. 70. B. Acetosa Trn. Bloemen meest eenslachtig of veeltelig. Stijlen aan de I:anten van het vruchtbeginsel vastgegroeid. Stengel gegroefd of gestreept. Bladen pijl-of spiesvormig. Schijntrossen los, onbebladerd . meest tot pluimen vercenigd.
Size: 1428px × 1750px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants
