. De zeeën van Nederlandsch Oost-Indië. Oceanography; Coasts. De zee als woonruimte (Oikumene) voor dieren. 217 hun dood als een bestendige fijne regen omlaag dalen om op den bodem der abyssische diepten de naar hen genoemde slik-bezinksels te vormen, die wij dus als oceanische of pclagische {eiipclagische, Krümmel) bezinksels bestempelen mogen, in tegenstelling tot de terrigene of hemipelagische. Zij zijn toch geheel onafhan- kelijk van het land der continenten en eilanden, zij zijn de echte landverwijderde bezinksels. Hun aard, samenstelling en dikte, die ook voor den zoöloog van het grootst
. De zeeën van Nederlandsch Oost-Indië. Oceanography; Coasts. De zee als woonruimte (Oikumene) voor dieren. 217 hun dood als een bestendige fijne regen omlaag dalen om op den bodem der abyssische diepten de naar hen genoemde slik-bezinksels te vormen, die wij dus als oceanische of pclagische {eiipclagische, Krümmel) bezinksels bestempelen mogen, in tegenstelling tot de terrigene of hemipelagische. Zij zijn toch geheel onafhan- kelijk van het land der continenten en eilanden, zij zijn de echte landverwijderde bezinksels. Hun aard, samenstelling en dikte, die ook voor den zoöloog van het grootste belang zijn, aangezien de benthonische diepzeedieren voor een groot deel deze bezinksels als voedsel tot zich moeten nemen, hangt af van geogra- phische ligging, van diepte en tijd. Dit leert de volgende overweging. De bovengenoemde planktonische organismen zijn niet gelijkelijk verdeeld over de oceanen. Zoo treden Diatomeen, die vooral in de antarktische zeeën zulk een groote rol spelen, in den Archipel geheel op den achtergrond. Al naar de geographische ligging treedt dus dan de eene, dan de andere groep meer op den voorgrond. Van die ligging is ook afhankelijk de absolute hoeveelheid plankton. Algemeen kunnen wij zeggen, dat zij afneemt met den afstand van het land. Zoo is het Plankton schaarsch in het landverre centrum van den Pacific. Dit gebied. 5000 Fig. 1. is als het ware in zijn oppervlakte-water een oceanisch woestijngebied, waaruit weer volgt, dat de bovenaangeduide regen van doode planktonten slechts schaars kan neerdalen en ook in langen tijd slechts weinig bezinksels en daarmede slechts weinig voedsel voor bodemdieren zal aanbrengen, juist in tegenstelling met wat de Archipel te zien geeft. Maar naast de geographische ligging speelt ook de diepte een rol. Nemen wij met Murray (1912) aan, dat een onderzeesche rug, zooals het schema in Fig. 1 het aanduidt, uit een diepte van 7000 M. oprijst tot onge- veer 700 M. beneden den zeespiegel, dan vind
Size: 2388px × 1046px
Photo credit: © Paul Fearn / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookdecade1920, booksubjectcoasts, bookyear1922