. De flora van Nederland. Plants. 1! RANUNCULACEAE. — FAMILIE 35, bij ons zoekt de plant een drogen grond, want zij komt nog al eens in de duinen voor, maar verder schijnt zij ook langs de groote rivieren in ons land te zijn doorgedrongen, want langs Rijn, IJsel en Maas vindt men haar hier en daar aan dijken en in uiterwaarden. T. minus ,'3. flexuosum. Bij deze plant zijn de stengels onberijpt en glan- zend. De bladen zijn 2- of 3-voudig drietallig of gevind. De blaadjes zijn rond-omgekeerd-eirond, 3-spletig, 5-9-tandig, groen, van onderen bleeker. De oortjes der bladscheeden zijn verbreed, af


. De flora van Nederland. Plants. 1! RANUNCULACEAE. — FAMILIE 35, bij ons zoekt de plant een drogen grond, want zij komt nog al eens in de duinen voor, maar verder schijnt zij ook langs de groote rivieren in ons land te zijn doorgedrongen, want langs Rijn, IJsel en Maas vindt men haar hier en daar aan dijken en in uiterwaarden. T. minus ,'3. flexuosum. Bij deze plant zijn de stengels onberijpt en glan- zend. De bladen zijn 2- of 3-voudig drietallig of gevind. De blaadjes zijn rond-omgekeerd-eirond, 3-spletig, 5-9-tandig, groen, van onderen bleeker. De oortjes der bladscheeden zijn verbreed, afgerond, stijf afstaand, ten slotte omgerold. 5-12 dM. ^. Juni—Augustus. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant groeit in droge weiden en op zonnige heuvels, vooral in Zuidelijk- en Oostelijk-Europa, in het Westen veel minder. Bij ons is zij vrij zeldzaam en haar voorkomen langs den Rijn en hare takken wijst op eene verspreiding van Duitschland uit langs, die rivier. Ook is zij een paar malen in de duinen gevonden. T. minus y. silvaticum. Voorkomen in Europa en in Nederland. Deze vormt komt verspreid, doch zeldzaam. in bosschen voor. Bij ons is de plant zeer zeldzaam en alleen plaatselijk lan^^s den diiinkant (Meerenberg, Bloemendaal, Overveen, Velzerend, Zandpoort, Wassenaar) gevonden. Al die vondsten dateeren ook reeds van vrij langen tijd her (1833—1871), de laatste vondst is te Tenderen in 1878. T. flavum >) L. Poelruit (fig. 220). Uit den kruipenden wortelstok komen aan het einde en uit sommige knoopen rechtopstaande, onbehaarde, holle, gegroefde stengels, die aan den voet door eenige schubvormige scheeden omgeven zijn, doch verder telkens op afstanden van eenige cM verspreide, bijna zittende of iets gesteelde bladen dragen. De bladen zijn 2-3-voudig gevind. De blaadjes der 1^ orde zijn kort ge- steeld of zittend, soms iets langer gesteeld, aan den voet, evenals ook de blaadjes der 2e orde, vaak van steunblaadjes voorzien,- die klein, bruin en sterk ingesned


Size: 1736px × 1439px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants