. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 78. — PAPILIONACEAE. 607 naar beneden en alleen de stijl kromt zich naar boven en met zijn top naar binnen. Volksnamen. Als volksnamen zijn vooral in gebruik kattendoorn in Twente, den Veluwezoom en in West-Friesland, stekelbrem op de Veiuwe en in West- Friesland, stekelheide aan den Zoom der Veiuwe en hiethekkels in de ooste- lijke deelen van Overijsel en Gelderland. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt op heide- en veenachtigen grond, ook in de duinen in West-Europa voor en is bij ons algemeen. 4. Cy'tisus') Tril. Gouden regen. C. sagit


. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 78. — PAPILIONACEAE. 607 naar beneden en alleen de stijl kromt zich naar boven en met zijn top naar binnen. Volksnamen. Als volksnamen zijn vooral in gebruik kattendoorn in Twente, den Veluwezoom en in West-Friesland, stekelbrem op de Veiuwe en in West- Friesland, stekelheide aan den Zoom der Veiuwe en hiethekkels in de ooste- lijke deelen van Overijsel en Gelderland. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt op heide- en veenachtigen grond, ook in de duinen in West-Europa voor en is bij ons algemeen. 4. Cy'tisus') Tril. Gouden regen. C. sagittalis-') Koch. (Genista sagittalis L.). P ij 1 b r e m (fig. 732). Deze plant heeft een liggenden, wortelenden, korten stengel met rechtopstaande takken of opstijgende, meest onvertakte, rechte, groene takken. De bladen staan vrij ver uiteen, zijn zittend, langwerpig, spits, met gewimperden rand. Van de inplantingsplaats er van loopen 2 breede, naar beneden smaller wordende vleugels langs den stengel af. Er zijn geen steunbladen. De bloemen zijn vrij groot (12-15 mM) en staan in dichte, armbloemige, eindelingsche trossen. De bloemsteeltjes zijn behaard met 2 borstelige schutblaadjes. De bloemen hebben een ruw behaarden kelk met gelijke lippen, die langer dan de buis zijn, een goudgele bloemkroon, waarvan de vlag glad, iets uitgerand is en even lang als de diep uitgerande kiel. De helmdraden zijn alle vergroeid. De peul (fig. 732) is 15-20 mM lang en 5 mM breed, samengedrukt, zwart, bultig, behaard, met 2-6 zaden. De zaden zijn stomp 4-hoekig, glanzend, l^ 1,5-3 dM. Mei, Juni. Dit heestertje lijkt oppervlakkig veel meer op een Genista dan op een Cytisus-soort, maar de ligging van den stempel aan den stijl, nl. scheef naar buiten gericht, het eenige doorgaande kenmerk om de geslachten Genista en Cytisus te onderscheiden, maakt deze plant tot een Cytisussoort. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt in bergstreken in Midden- en Zuid-Europa in droge weiden en in boschr


Size: 1426px × 1752px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants