. Album der Natuur. DE BUIDELDIEREN'. 205 xelfs de Yirginisclie Opossum, die van een zeer ontwikkelden zak voor- zien is, sleept de jongen, wanneer die zak hen niet meer bergen kan, toch op haren rug met zich mede , waarbij die jongen zich dan aan de haren der moeder vasthouden. Over 't geheel schijnt het moederlijke instinkt bij de vrouwelijke bui- deldieren vrij sterk ontwikkeld te zijn. Het feit, dat Kengoeroe's, die gejaagd worden , soms hunne jongen uit den zak drijven en dan aan zich zei ven overlaten, schijnt hiermede in tegenspraak. Maar datzelfde feit laat ook eene andere opvatting to
. Album der Natuur. DE BUIDELDIEREN'. 205 xelfs de Yirginisclie Opossum, die van een zeer ontwikkelden zak voor- zien is, sleept de jongen, wanneer die zak hen niet meer bergen kan, toch op haren rug met zich mede , waarbij die jongen zich dan aan de haren der moeder vasthouden. Over 't geheel schijnt het moederlijke instinkt bij de vrouwelijke bui- deldieren vrij sterk ontwikkeld te zijn. Het feit, dat Kengoeroe's, die gejaagd worden , soms hunne jongen uit den zak drijven en dan aan zich zei ven overlaten, schijnt hiermede in tegenspraak. Maar datzelfde feit laat ook eene andere opvatting toe. Het kan ook eene instinkt- matige handeling zijn tot redding der jongen. Jagers en honden zul- len in den regel de oude Kengoeroe blijven vervolgen en niet letten op het kleine diertje , dat tusschen het lange gras en de struiken weghuppelt; de moeder heeft nu, bevrijd van den last van het mede- dragen , grootere kans om te ontsnappen, en keert , naar het zeggen der inboorlingen van Nieuw-Holland, zoodra zij dit in veiligheid doen kan, terug om hare jongen weder op te zoeken. Gaan wij nu na, welke bijzonderheden het geraamte of skelet der Buideldieren ons aanbiedt. Ik zal er echter slechts twee meer uit- voerig beschrijven. De eerste bijzonderheid betreft het lekhen. Op den bovenrand der schaambeenderen , bij de vereeniging {symphysis) dier beide beenderen, staan twee platte, eenigzins beweeglijke beenderen. Zij hebben eene ^^S* *• breede basis , loopen , smaller wordende, schuins naar boven en eindigen in eene stompe punt of een knopje. Men noemt ze bmdelbeenderen {ossa ïiiarsupialia), omdat men meende , dat zij dienden om den buikzak te ondersteunen. Hun nut is echter een ander. De afstand tusschen den on- derrand der borstkas en het bekken is bij de Buideldieren vrij groot; de buikhuid en de buik- spieren zijn dus over eene groote lengte tusschen de onderste ribben en het bekken uitgespannen. Nu laat het zich begrijpen , dat, wanneer de m. liniker buidelbeen. buikwand
Size: 1334px × 1873px
Photo credit: © Library Book Collection / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bhlconsortium, boo, bookcollectionbiodiversity, bookleafnumber239