. Vorstelijcke warande der dieren : waer in de zeden-rijcke philosophie, poëtisch, morael, en historiael, vermakelijck en treffelijck wort voorgestelt : mit exempelen uyt de oude historien, in prose . enlaft. Hij fmeecktom hulp de GodenOm eenen andrèn baes , die hem redd uyt dees een Seemtouwer, die hem foo befwaert met laft,Dat voor onwiiligheyt hem knuppels zijn in zijnen zin, was ick niet geck vol fottheyt,Daj: ick mij felven ftreel, door mijn (te plompen) bot-theyt,Dat licht vernieuwen baert^, veranderen van ftaet jIck hebb het goe veracht, t naeklagen is te l


. Vorstelijcke warande der dieren : waer in de zeden-rijcke philosophie, poëtisch, morael, en historiael, vermakelijck en treffelijck wort voorgestelt : mit exempelen uyt de oude historien, in prose . enlaft. Hij fmeecktom hulp de GodenOm eenen andrèn baes , die hem redd uyt dees een Seemtouwer, die hem foo befwaert met laft,Dat voor onwiiligheyt hem knuppels zijn in zijnen zin, was ick niet geck vol fottheyt,Daj: ick mij felven ftreel, door mijn (te plompen) bot-theyt,Dat licht vernieuwen baert^, veranderen van ftaet jIck hebb het goe veracht, t naeklagen is te laet.„ Dat is t oprechte beeld van ongeftade menfchen,„ Die nimmermeer vernoeght altijdt nae beter wenfehefo,„ Geen ongemack gewoon, en eérmen daer op lèttV„ Zij willen alle tijd van t eene op t ander bedt.„Verkrijgen dan haer wil, en van het quaed in quaeder„Vervallen voort, en voort. Bedencken zich dan naeder-,„ En prijfen in haer zin het geen zij ^onbedacht„ Eerft hadden wifpeltuyr verfmeten en veracht.„Verwerpt geen oude fchoen, leert u geiuck verdragend„ t Zijn ftereke beenen die de weelde konnen dragen. E e ij loé Warande der Dieren. iotf. De Vos en de Bock*. • \. COo ift gegaen Antonw temt te Ferrare m ïtalien. Want als hij^met zijn wijf in een kelder vol goeder wijnsquam, endenazijns hertenlufl; zijn buycxken vulde, foo niaeckte zich de loofeFeex daer uyt, ende liet den onnoofelen Antonium met zijn ftaet-lijcke baerdt in de pekel (leken. Maminus Dil ij o. D CVI. E fpitsvinnige Vofi, en ruygh gehaerde $ock>Beipieden eenen buyc, of eenen vetten plock: En vinden bij geval een kelder daer de wijnenInovervloetgetontvaft lagen bij dozijnen:J^aer nae de fchrandre Fofiwel janckten zijnen darm,Vlaer hij pey nft op het eynd: feght broeder Bock hoe warmVerquicken foude ons borft door t lieflijck pinteleeren lDe Bock (hoe lang gebaert) dacht niet op t weder \) daelden in t gewelf, daer zij den holle buyckopvulden van het nat. De Bock blijft in


Size: 1694px × 1474px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookdecade1680, bookidvorstelijckewara82vond, booksubjectemblems