. Stichtelyke zinnebeelden, en Bybel-stoffen . , 33 Vafl zucht! (dus roept u Jefus toe) Aanvaart myn liefde en mededoogen: k Bezorg uw ziel een zoete ruft, Gy moet myn Jock nu torfchen leeren, Kom! een zachtmoedige is myn luil, En k wil in t nedrig hart verkeeren. Hebt gy, ó Menfch! dat heilzaam woordt, Uit zulk een dierbren mondt gekoomen, Tot welflant uwer ziel gehoort, Ach dat het werde in agt genoomenl Let, om t niet in de windt te flaan; Deedt Jefus zoo veel om uw leven, Zyt dan niet traag, (ó! t gaat u aan), Om hem kloekmoedig naa te flreven. Zyt niet verzuimlyk in uw phcht. t Verzuim zo


. Stichtelyke zinnebeelden, en Bybel-stoffen . , 33 Vafl zucht! (dus roept u Jefus toe) Aanvaart myn liefde en mededoogen: k Bezorg uw ziel een zoete ruft, Gy moet myn Jock nu torfchen leeren, Kom! een zachtmoedige is myn luil, En k wil in t nedrig hart verkeeren. Hebt gy, ó Menfch! dat heilzaam woordt, Uit zulk een dierbren mondt gekoomen, Tot welflant uwer ziel gehoort, Ach dat het werde in agt genoomenl Let, om t niet in de windt te flaan; Deedt Jefus zoo veel om uw leven, Zyt dan niet traag, (ó! t gaat u aan), Om hem kloekmoedig naa te flreven. Zyt niet verzuimlyk in uw phcht. t Verzuim zoudt ge eeuwig u beklaagen,. Zyn Jock is zagt, zyn lafl is ligt, Zy zyn niet moejlyk om te draagen. Wie t zig manmoedig onderwint, Kan op des Heeren byfiant hoopen, De kroon is niet, voor die begint, Maar die deri wegh ten einde loopen. Galat. Cap. v. vers i. Staat dan in de vrybeidtmet iveJkc ons Chriftus -vry gemaakt heeft, endeen ^ivordt niet •wederom met het jock der dlenjl-bjarheidt bevangen. C I X. 34 STICHTELYKE IX. Doel op Joannis Cap. iv. vers 14. Maar zoo wie gedron-ken zal hebben van het water dat ik hein gevenzal, dien en zal in eeuwigheid niet dorjien, maarhet water dat ik hem zal geven, zal in hem wor-den eenfonteine van water fpringende tot in \heteeuwige leven, Befchouw deez net geplanten hof,Wat geeft hy overvloedt ran flof, Om Z I N NE = B E E L Ot N. 35 Om op zyn cierlykheidt te roemen rHoe heerJyk ilaat die boomen-ry;Ploe fchoon het bloeme-perk daar by,Geplant met uitgeleezen bloemen,t Gezigt dwaalt hier in foort en kleiir,In lieflykheidt, cieraadt, en geur,Vol majefleit, en praal, en boven al gevalt myn oogDien watcrfprong, zoo klaar zoo hoog 3^Door holle buizen heen ftaat niet op het diepfl t water door de lucht krachtig ziet naar boven ryzen!Verkwiklyk voorwerp voor t gezigt,Hoe leidt gy ons naar hooger Hcht,Godts zoon in eeuwigheidt te is die Bron die ons gemoedc,Met dierbaar levendt


Size: 1724px × 1449px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1700, bookdecade1740, booksubjectemblems, bookyear1740