. De Bykorf des Gemoeds : Honing zaamelende uit allerley Bloemen . ekomen zy ^ en [_dat] geopenhaart zy de menfche der zonde, de zoone des ver derfs. Hebreen XII: 12,13. Daarom recht weder op de traage handen, en deJïappe knien: En maakt rechte paden voor uwe voeten^ opdathet geene kreupel is niet verdraaid en worde, maar[dat] het veel meer genezen worde. 2 Petrus II: 20,21,22. Want indien zy 5 na dat ze door de kennij/è desHeeren en Zaligmaakers Jezus Chrifius^debefmet-tingen der wereld ontvlooden zyn^ en in dezelve we^der om ingewikkelt zynde [van dezelve] overwonnenworden, zo is haar het la
. De Bykorf des Gemoeds : Honing zaamelende uit allerley Bloemen . ekomen zy ^ en [_dat] geopenhaart zy de menfche der zonde, de zoone des ver derfs. Hebreen XII: 12,13. Daarom recht weder op de traage handen, en deJïappe knien: En maakt rechte paden voor uwe voeten^ opdathet geene kreupel is niet verdraaid en worde, maar[dat] het veel meer genezen worde. 2 Petrus II: 20,21,22. Want indien zy 5 na dat ze door de kennij/è desHeeren en Zaligmaakers Jezus Chrifius^debefmet-tingen der wereld ontvlooden zyn^ en in dezelve we^der om ingewikkelt zynde [van dezelve] overwonnenworden, zo is haar het laatfte erger geworden danhet eerfte. Want het waar e haar heter ^ dat zy den wegdergerechtigheid niet gekend en hadden, dan dat zy[dien] gekend hebbende^ [weder] af keer en van hetheilig gebod dat haar overgegeeven was. Maar haar is overgekomen, het geene met eenwaar fpreekwoord [ge zegt word,] De hond is we der^ge keert tot zyn eigen uitbraakfel, en^ De gewajfe*ne zeuge tot de wentelinge in het Jlyk. Bb4 Het 38z De B Y K O R F Het koolzaad, Vcrgankelyk fchoon,. Want alk vlees h ah gras , en alk heerlykhetd des9nenfchen is als een hloeme des gras. Het gras is ver-dorret, en zyn hloeme is afgevallen : Maar het ijjoorddes Heer en ïlyft in der eeuwigheid: en dit is het woorddat ender u verkondigd is, i Petru$ 1: 24,2ƒ. De ö E s G E M o E D S. 383 De Bloem vergaat,Maar ^t is om V zaad. H, .et Koolzaad op het land zich als een Veld van Goud: Maar eer het komt tot recht behaagen, Zo moet het onder veele flagen ;Op dat het geef, Beoogings Wit,Dat in zyn grond verborgen zit : ó Menfch ! verheft het Schoon voor oogen, Zo zal uw waarde zich verhoogen ,Wanneer den Oli, uit uw Hert,Door Gods Gebod geflaagen werd 5 Dat zal u , zonder fout, na dezen, Tot een verheuglyk lichje weezen jOm met de Wyzen in te gaan,En met de Dwaazen niet te (laan 9 Voor toegeflooten Hemels Deuren, Tot fpyi en lyd , en Eeuwig treuren. Het Vlees is als een fchoone Bloem,Maar in den Geeft beftaa
Size: 1625px × 1537px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookauthorluikenjan16491712, booksubjectemblembooksdutch, bookye
