. De flora van Nederland. Plants. VERKLARINO DER VOORNAAMSTE BOTANISCHE TERMEN. —. G e w i m p e r d. Aan den rand of aan een uitstekende lijst met afstaande haren bezet. Gezaagd. Een blad, waarvan de rand spitse insnijdingen en spitse uit- steeksels vertoont (fig. 29). Glad. Zonder oneffenheden , groeven enz. (behoeft niet onbehaard te zijn). Golvend ingesneden. Een blad met een gegolfden rand. G r a a n V r u c h t. Een eenzadige , niet openspringende vrucht, waarbij vruchtwand en zaadhuid met elkaar ver- groeid zijn, zoodat het zaad niet uit de vrucht kan worden gepeld. G r ij n z e n d. Tw
. De flora van Nederland. Plants. VERKLARINO DER VOORNAAMSTE BOTANISCHE TERMEN. —. G e w i m p e r d. Aan den rand of aan een uitstekende lijst met afstaande haren bezet. Gezaagd. Een blad, waarvan de rand spitse insnijdingen en spitse uit- steeksels vertoont (fig. 29). Glad. Zonder oneffenheden , groeven enz. (behoeft niet onbehaard te zijn). Golvend ingesneden. Een blad met een gegolfden rand. G r a a n V r u c h t. Een eenzadige , niet openspringende vrucht, waarbij vruchtwand en zaadhuid met elkaar ver- groeid zijn, zoodat het zaad niet uit de vrucht kan worden gepeld. G r ij n z e n d. Tweelippig met een open keel (het tegen- gestelde van gemaskerd). Haarkroon, haarkuif. Een kroontje van haren op een vrucht of een zaad. F'g- 29. Halfonderstandig. Het vruchtbeginsel heet zoo, als het ten deele onder de bloem zit en er ten deele boven uitsteekt. Halfparasiet. Een plant, die ten deele het voedsel uit den bodemen de lucht, ten deele uit an- dere planten haalt. Halfstengelomvattend. Een blad, dat den stengel ten deele omgeeft. H a 1 o p h y t. Zie Inleiding, blz. 70. Handdeelig. Een hand- nervig blad, dat gedeeld is (fig. 30). Handlobbig. Een hand- nervig blad, dat gelobd is (fig. 31). Handnervig. Een blad, waarbij de nerven van den voet straalsgewijze uitloopen. Handspletig. Een handvor- mig blad, dat gespleten is (fig. 32). Handvormig ingesneden. Een handnervig blad, dat in- gesneden is. Handvormig samenge- steld. Een samengesteld blad, waarvan de blaadjes aan den top van den steel bijeen zitten (fig. 33). Men spreekt daarbij Fig. 32. Fig. 33. van tallig en wel van zooveeltallig, als er blaadjes bijeenzitten. Hartvormig. De gedaante van een hartenaas hebbend. Hartvormige voet. Met een voet als bij een hartvormig blad. Hauw, hauwtje. Een doosvrucht, die door een tusschenschot in 2 hokjes is verdeeld en met kleppen van beneden naar boven openspringt, terwijl de zaden aan den rand van het tusschenschot zitten. De vrucht. Please note that these images are extracted
Size: 1050px × 2379px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants