. Dan. Heinsii Lof-Sanck Van Iesus Christus, den eenigen end eeuwigen Son Godes. Met noodelicke Vytleggingen aenvvÿsende den gront van het out Christelick geloof, in den selven vervat . edruift te hebben de delicate veerfkens vanubulus de Poeet, die noch gelefen wordfen byAthenaeus in zijn tweede, Waer hy Ipreeckt vande eygendommen ende krachten vande wijn,alspock van de maet in het gebruyck van den felvé: Dat is! Die wijs enfèdich is, die -wil ick^drymaelfchincJ^n lHet eerfie mogen xy om hoer gefontheyt trweede mach wel met. fnant dat is om te minnen,Emroeyeltck, te fijn. het der


. Dan. Heinsii Lof-Sanck Van Iesus Christus, den eenigen end eeuwigen Son Godes. Met noodelicke Vytleggingen aenvvÿsende den gront van het out Christelick geloof, in den selven vervat . edruift te hebben de delicate veerfkens vanubulus de Poeet, die noch gelefen wordfen byAthenaeus in zijn tweede, Waer hy Ipreeckt vande eygendommen ende krachten vande wijn,alspock van de maet in het gebruyck van den felvé: Dat is! Die wijs enfèdich is, die -wil ick^drymaelfchincJ^n lHet eerfie mogen xy om hoer gefontheyt trweede mach wel met. fnant dat is om te minnen,Emroeyeltck, te fijn. het derde doet dejïmenBevangen yan den jlacp. met defe dry gelafenLoet icl{de lieden gaen, die niet en willen het getal der Gratiën] Want de Poeetén (^gen,,datrer dry Gratiën zijn,met namen, Aglaïa, Eu-^phrolyne, Thalïa. b)Vemisfche leven] Öm dat de Poeeten fêggén,-dat de dry voorgemelde Gratiën , camerierenfijn van Venus , die niet alleen van de min, maervan alle aerdicheyt godinne is, diemen door hetmifbruyck des wijns te buy ten gaet» Bk iiS LOFSANCK VAN BACCHVS, * Die drymael dat inftelt, en luftig heeft voldacn,Blijft binnen het getal van Phoebi fufters * Orontes weet oock wel, hoe dat ghy hebt doen ftuy venDen viant met uw Ipies, bekleet met groene druy hierom hebben zy * Thriambus u genoemt,Om dat ghy u met recht van uwe daden roemt,En dat ghy quaemt gekroont met groene vygeblarenSeer blij de van gemoet door Indien gevaren,Vw vianden ten trots, naer dat ghy hadt in t velt* Met ongehoorde macht * Dcriades luno fach u aen al bevende, twee dierenSeer vreeffelick om fien met uwen toom beftieren, *Twec Die drymael da inpelt] Want drymael dry is ne-gen, ende foo veel Mu(k fijnder. Orontes] De fchoonfoon vanDeriades Cko-ninck vande Indianen; die Bacchns heeft fgelijckNonnus in zijn fêvenriende verhaek; foo verregebracht, dat hy hem (elven het leven heeft be-nomen. Waer van de rivier, daer hy in gevallenis, Orontes is genaenit. Thriam


Size: 2051px × 1218px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthorheinsius, bookcentury1600, bookdecade1610, bookyear1616