. Coleoptera Neerlandica : de schildvleugelige insecten van Nederland en het aangrenzend gebied. Beetles. 512 LXXII. Chrysomelidae. — 48. Hispella. — 49. Cassida. V. Sub-Familie HISPINAE. X. Tribus H I s 1' 1 N I. 48. Hispella Cliapuis (Fig. 110). (H i 5 p a L. pars) Kop vooruitstekend. Het eerste sprietlid dik, Iwvenop plat gedrukt en in een landen, gebogen doorn uitgetrokken ; de volgende vijf leedjes aan de zijden tot eene fijne lijst samengedrukt en daardoor cenigszins ttceesnijdend; de l'ovenste lijst eindigt in een doorn, ivelke bij het 2e lid vrij lang, bij de volgende leedjes geleideli


. Coleoptera Neerlandica : de schildvleugelige insecten van Nederland en het aangrenzend gebied. Beetles. 512 LXXII. Chrysomelidae. — 48. Hispella. — 49. Cassida. V. Sub-Familie HISPINAE. X. Tribus H I s 1' 1 N I. 48. Hispella Cliapuis (Fig. 110). (H i 5 p a L. pars) Kop vooruitstekend. Het eerste sprietlid dik, Iwvenop plat gedrukt en in een landen, gebogen doorn uitgetrokken ; de volgende vijf leedjes aan de zijden tot eene fijne lijst samengedrukt en daardoor cenigszins ttceesnijdend; de l'ovenste lijst eindigt in een doorn, ivelke bij het 2e lid vrij lang, bij de volgende leedjes geleidelijk korter wordt; de laatste 5 leedjes zijn weinig samengedrukt, die In behaard i). De mond op de onderzijde, naar achteren gericht (Jiyper-hypognaath). Voorkaken aan de binnenzijde met vele spitse tandjes, van welke de eerste twee grootcr dan de overigen zijn. Halsschildbreeder dan lang. evenals de deksehilden met lange stekels bezet. Achterlijf met 5 , nagenoeg even lange, vrij bewegelijke sterniten. Poolen kort, doch vrij krachtig ontwikkeld; schenen breed, de buitenrand tandvormig verbreed; iarsleedjes breed, de zool van het gelobde ^e lid is aan de basis kaal, op elke lob bevindt zich eene ovale, dicht behaarde plek; klatiwlid aan het niteinde gewoon, met geheel vrije klamcen, van welke de binnenste korter dan de buitenste is 2). De eenige Europeesche soort komt ook in Nederland voor. Dof zwart, slechts de buik over bet midden glanzig; de dekseliilden iets oF wat blauwzwart. VnorliooFd me: eene middengrnef, door eene dwarsgroef van liet acliterboot'd gescheiden. Halsschild dicht en duidelijk gechagrineerd, met tien stekels. Deksehilden breeder dan het lialsschild, met tamelijk parallele zijden, aan liet uiteinde te zanien afgerond, uiterst lijn gechagrineerd en met weinig regelmatige rijen van zeer groote stippen; met vele opge- richte stekels en langs den zij- en acliterraiul met dicht opeen staande, horizontale stekels, welke naar het uiteinde iets korter worden.


Size: 1223px × 2044px
Photo credit: © The Book Worm / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1800, bookdecade1890, booksubjectbeetles, bookyear1898