. Voncken der liefde Jesu, van het Godt-begerende zielen-vuur : zynde bloemetjes der saalige hoope, tot verheugelykheid der wandelaars, langs den weg, na vreeden-ryk : een behelsinge van vyftig sinne-beelden, met hunne, daar op speelende, verssen, en heylige spreuken . s word raad ? Een koftelyken raad :Gy draagt» in uwen borft verhoolen, Een groot juweel, een eeuwig Saad,Dat vruchtbaar-weefen , is bevoolen; Laat dat, uyt Godts barmhertigheyd,Èen heemels waater aan fich trecken, Op dat het, noch in deefcn tyd,Èen ander fpruyte komt verwecken, der LIEFDE ] E S ü. 193 Dat Godt in t
. Voncken der liefde Jesu, van het Godt-begerende zielen-vuur : zynde bloemetjes der saalige hoope, tot verheugelykheid der wandelaars, langs den weg, na vreeden-ryk : een behelsinge van vyftig sinne-beelden, met hunne, daar op speelende, verssen, en heylige spreuken . s word raad ? Een koftelyken raad :Gy draagt» in uwen borft verhoolen, Een groot juweel, een eeuwig Saad,Dat vruchtbaar-weefen , is bevoolen; Laat dat, uyt Godts barmhertigheyd,Èen heemels waater aan fich trecken, Op dat het, noch in deefcn tyd,Èen ander fpruyte komt verwecken, der LIEFDE ] E S ü. 193 Dat Godt in t Paradys behaagt,En fyne liefde kan vermaaken, Of dan de felle maayer vaagt,Zoo kan hy deefe fpruy t niet raaken. Dat is te fchoon, en 00 ver mooy,Van al wat fchoon is, uytgenoomen, Zoo word men tot geen droevig hooy 3Om in een quaade fchuur te koomen. Schoon groenegrasjes flerkt uw jeugd,UytGodtfynliefde, engenaade, Metfap en kracht van waare deugd,Zoo zal den Maayer u niet fchaaden. Heyüg Antwoord. Het Gras verdort, de blozme valt af, als de Geeft de fHeeren daar tn blaafl : voorwaar bet vol!^ is gra:.Jela» 40- vers 7. Het gras verdort de bloerne valt aftmaar het Wmd onfes Godts bejïaat in der eeuwi^beyd*vers 8. De 194 V O N C K E N , Is IJ ndefy [s[ulle n~] des Menjchen vyanden [worden] die fijnA^buysgenQoten\j^n\. Matth, io, vers 2$. Ver- der LIEFDE J E S U. i?5Verlofl ons van den boofe. Matth. 6. vers 13. A ch Bruydegom van myn gemoed!Tot u verhef ik myne fuchten,En kom in uwen boefem vlugten * Dat uw genaade my behoed lSy woonen binnen myne muuren,Als herrgenooten vart myn Huys,Die my verichaffen ftryd en Kruys *En op my loeren * alle uuren! Wie zyn dan deefe, waarde Geeft ?Die in den fchyn van huys vrindinnen,Zoo veel verwarde dranden fpinnen Dat gy voor haar gefelfchap Zyn fpruyten van myn leevens krachten sMyn Hert, en Z iel zoo naa verwant,Door een aloude flereke band,Myneygen Sinnenen brengen my veel onruft aan;Enofikhaar
Size: 1469px × 1702px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookdecade1690, booksubjectemblems, booksubjectmysticism, bookyea