. De Dierentuin van het Koninklijk Zoologisch Genootschap Natura Artis Magistra te Amsterdam. Zoos; Birds. De Britl-an]> ran Brazilië, Sleiilor iirsinus, is min of meer donkerbruin van kleur. — Bij den Caraya, die mede in Brazilië en menigvuldig in Paraguay voorkomt, is het mannetje zwart, het wijfje stroogeel van kleur. Eene soort, de Wol-aap, Lagotrix cana, wijkt van de eigenlijke Rrnl-apen vooral af, doordien zij eenen kleinen kop zonder baard, en wolachtig, en niet gelijk deze, stug haar heeft. Dit haar is bij de eenen grijs, bij anderen bruinachtig, en men heeft hierop de onderscheidin


. De Dierentuin van het Koninklijk Zoologisch Genootschap Natura Artis Magistra te Amsterdam. Zoos; Birds. De Britl-an]> ran Brazilië, Sleiilor iirsinus, is min of meer donkerbruin van kleur. — Bij den Caraya, die mede in Brazilië en menigvuldig in Paraguay voorkomt, is het mannetje zwart, het wijfje stroogeel van kleur. Eene soort, de Wol-aap, Lagotrix cana, wijkt van de eigenlijke Rrnl-apen vooral af, doordien zij eenen kleinen kop zonder baard, en wolachtig, en niet gelijk deze, stug haar heeft. Dit haar is bij de eenen grijs, bij anderen bruinachtig, en men heeft hierop de onderscheiding van verschillende soorten gegrond. Dit dier bewoont de groote bosschen langs de oevers van de De Wol-aap. Lagotrix cana. DE SLINGER-APEN. ATELES. Men noemt deze dieren Slinger-apen, omdat zij, van den eenen tak of boom tot den anderen willende komen, hunnen grijpstaart om een tak slaan, en na het ligchaam in eene slingerende beweging gebragt te hebben, loslaten, ten einde met een grooten sprong het bedoelde punt te bereiken. Zij hebben in hun maaksel veel overeenkomst met de brui-apen, maar zij zijn slanker en een weinig grooter; hun kop is kleiner qn zonder baard, het tongbeen is niet trommelvormig opgezwollen, en de duim der voorhand ontbreekt geheel, of is slechts aanwezig in de gedaante van een klein stompje, hetwelk zelfs veelal van een nagel ontbloot is. De Slinger-apen zijn tot het heetste gedeelte van Zuid-Amerika beperkt. Zij worden, tot kleine troepen vereenigd, in groote bosschen aangetroffen, houden zich op boomen op, klauteren met groote behendigheid, en komen slechts op den grond, wanneer zij, om te drinken, het water niet kunnen bereiken nog met den staart aan een tak hangende. Gelijk de brui-apen, zijn zij schuw en treurig van aard. Zij vooden zich met vruchten en eten gaarne weeke insekten, vooral spinnen. Bij sommigen is het haar zeer lang en zwart, en zij zijn in Suriname onder den naam van boschduivel bekend. Men onderscheidt bij deze


Size: 1974px × 1266px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1800, bookdecade1870, booksubjectbirds, bookyear1872