. De flora van Nederland. Plants. 178 — BERBERIDACEAE. FAMILIE 34. Kelkbladen 4, spoedig afvallend. Kroonbladen 4, waarop 4 bekervormige bijkroon- bladen (honigklieren^ liggen, die met den rand aan den bloembodem zijn vastgehecht. Vrucht een veelzadige, hauwachtige doosvrucht. Kruidachtige plant. Epimediam biz. 180. 1. Berberis L')• Berberis. B. vulgaris) L. Zuur bes (fig. 211). Een sterk vertakte heester met boogvormig overhangende of rechtopstaande, gegroefde, grijsachtige takken en geel gekleurd hout. In den zomer zijn de takken met 2-erlei soort van bladen be- zet. Ten eerste vindt men bla


. De flora van Nederland. Plants. 178 — BERBERIDACEAE. FAMILIE 34. Kelkbladen 4, spoedig afvallend. Kroonbladen 4, waarop 4 bekervormige bijkroon- bladen (honigklieren^ liggen, die met den rand aan den bloembodem zijn vastgehecht. Vrucht een veelzadige, hauwachtige doosvrucht. Kruidachtige plant. Epimediam biz. 180. 1. Berberis L')• Berberis. B. vulgaris) L. Zuur bes (fig. 211). Een sterk vertakte heester met boogvormig overhangende of rechtopstaande, gegroefde, grijsachtige takken en geel gekleurd hout. In den zomer zijn de takken met 2-erlei soort van bladen be- zet. Ten eerste vindt men bladen, die in doornen zijn veranderd en deze loopen veelal in 3 naaldvormige spitsen uit en dicht boven deze doornen ontstaan korte zijtakken, die met de tweede soort bladen, gewone, bezet zijn. Aan den top dier takjes zit een knop, die het volgend voorjaar uitloopt tot een bloemtros of tot een gewone tak, waaraan zich dan hetzelfde herhaalt. De bladen der korte takken vallen in het najaar af, doch de doorn blijft staan. De bladen zijn kortgesteeld, langwerpig-omgekeerd eirond, gewimperd- gezaagd. De doornen zijn korter dan de bladen. De bloemen vormen veelbloemige, hangende trossen aan het eind der korte takken; deze trossen zijn langer dan de bladen , de bloemen zijn geel, sterk riekend, de topbloem is meest 5-tallig. In de bloemen is de kelk 6-9-bladig^ de kelkbladen zijn geel, afvallend. De kroon- bladen zijn 6 in getal, staan tegenover de kelkbladen in twee rijen, zijn hol, met 2 langwerpige klieren aan den voet van ieder. Meeldraden zijn er 6, zij staan tegenover de kroonbladen en leggen zich bij aanraking van de binnenzijde van den voet der helmdraden tegen den stempel. Er is 1 stamper met een zeer korten stijl en een schijfvormigen stempel. De vrucht is een langwer- pige, levendig rood gekleurde, zuursmakende bes met 1—3zaden. 9-24 dM. t Mei, Juni. Biologische bijzonderheden. De heester is door zijne doornen uitstekend beschut tegen het afvreten der bladen door dier


Size: 1166px × 2142px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants