Archive image from page 536 of De flora van Nederland (1909-11). De flora van Nederland defloravannederl01heuk Year: 1909-11. FAMILIE 18. — GRAMINAE. — 495 plaats, anders kruisbestuiving meest op dezelfde pluim. Soms openen zich ook de bloemen des morgens. Voorkomen in Europa en in Nederland. De soort komt in Europa overal gekweekt en verwilderd voor. De vorm A. a. wordt het meest gekweekt en is verwilderd, ook bij ons. Zij is waarschijnlijk de oudste cultuurvorm en wordt zoowel voor paardevoer als voor het maken van havermout aange- kweekt. Zoowel uit geschiedkundige bronnen als uit een taal


Archive image from page 536 of De flora van Nederland (1909-11). De flora van Nederland defloravannederl01heuk Year: 1909-11. FAMILIE 18. — GRAMINAE. — 495 plaats, anders kruisbestuiving meest op dezelfde pluim. Soms openen zich ook de bloemen des morgens. Voorkomen in Europa en in Nederland. De soort komt in Europa overal gekweekt en verwilderd voor. De vorm A. a. wordt het meest gekweekt en is verwilderd, ook bij ons. Zij is waarschijnlijk de oudste cultuurvorm en wordt zoowel voor paardevoer als voor het maken van havermout aange- kweekt. Zoowel uit geschiedkundige bronnen als uit een taalkundig oog- punt meent men te moeten opmaken dat de plant, die reeds in zeer oude tijden gekweekt werd, uit het Oosten naar Midden-Europa is overgekomen. De vorm .A. b. is waarschijnlijk uit de eerste ontstaan en is ook verwilderd aangetroffen. De vorm B. komt gekweekt op slechteren grond voor, vooral in iWidden-Europa en is ook vaak verwilderd, zelfs ingeburgerd, aange- troffen , ook bij ons. Volksnamen. Voor den vorm diffusa gebruikt men het meest den naam pluimhaver of haver, doch ook even in Twente, Salland en de Graafschap Zutphen, voor den vorm orientalis troshaver en voor A. strigosa in Oost- Drente, Salland en Utrecht zandhaver, in Twente muggebeen en in Xoord- Limburg en het Oostelijk deel van Xoord-Brabant even. A. fatua') L Oot (fig. 429). Deze soort heeft vrij breede, ruwe, in de jeugd opgerolde bladen met een kort tongetje (fig. 429). De pluim is naar alle zijden gekeerd en heeft ruwe, horizontaal afstaande, zelden min of meer aanliggende takken. De aartjes zijn meest 3-bloemig, ten slotte hangend, lichtgroen, meest 2 cM lang of langer. De kelk- kafjes zijn tot meer dan 2,5 cM lang, 7-11-ner- vig. De as der aartjes is steeds, evenals ook de onderste helft van het glanzende, slechts aan de bovenste helft uitstekend generfde, tot 2 cM lange onderste kroonkafje, met tot meer dan ' .> cA\ lange, bruingele of witte haren meest dicht bezet, zelden kaal. De bloemen


Size: 1246px × 1605px
Photo credit: © Actep Burstov / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: 1900, 1909-11, archive, book, bookauthor, bookdecade, bookpublisher, booksponsor, booksubject, bookyear, drawing, heukels_hendrik_1854_1936, historical, history, illustration, image, leiden_n_v_boekhandel_en_drukkerij_voorheen_d_j_br, page, picture, plants, print, reference, the_luesther_t_mertz_library_the_new_york_botanical_, vintage, zimmermann_a_albrecht_b_1860