. De flora van Nederland. Plants. 193 — LABIATAE. FAAULIE Lathraea squamaria Fig. 231. / stuk van een onderaardsch deel, 2 overlangsclie doorsnede daarvan, '3 overlangsche doorsnede door een schub vergroot, 4 deel van den wand der holte, 5 protoplasmadraden uit de 4-cellige organen. zitten. Zij worden als diepe, van de onderzijde van het blad uitgaande plooien in het bladmoes beschouwd en staan onderling niet in verbinding. Zij zijn alle meer hoog dan breed en hebben golfvormig gebogen wanden. Aan die wanden zitten twee- ërlei organen, 1". or- ganen, die uit 4 cel- len bestaan, waar-
. De flora van Nederland. Plants. 193 — LABIATAE. FAAULIE Lathraea squamaria Fig. 231. / stuk van een onderaardsch deel, 2 overlangsclie doorsnede daarvan, '3 overlangsche doorsnede door een schub vergroot, 4 deel van den wand der holte, 5 protoplasmadraden uit de 4-cellige organen. zitten. Zij worden als diepe, van de onderzijde van het blad uitgaande plooien in het bladmoes beschouwd en staan onderling niet in verbinding. Zij zijn alle meer hoog dan breed en hebben golfvormig gebogen wanden. Aan die wanden zitten twee- ërlei organen, 1". or- ganen, die uit 4 cel- len bestaan, waar- van 2 een hoofdje vormen, terwijl de derde den steel van het hoofdje vormt en de vierde een zwak naar buiten gewelfde opperhuidscel is(fig. 231,7). Deze bedek- ken de geheele op- pervlakte der kamer- tjes gelijkmatig, al- leen is aan de naar binnen uitstekende lijsten een sterker ophooping er van waar te nemen, daar zitten er wel 25-32 op de mM-, 2". zitten tusschen deze trichomen verspreid, op iedere mM- 7-9, zittende trichomen, die uit 2-4 cellen op een elliptischen cirkelvormigen voet bestaan (fig. 231, 4). Deze staan in verbinding met de vaatbundels van het blad. Bij beide soorten trichomen gaan doorzichtige, stompe draden van verschillende lengte straalvormig van de oppervlakte uit (fig. 231, 5). Deze stralen moeten als uitsteeksels van het protoplasma der cellen be- schouwd worden, waardoor dieren vastgehouden en uitgezogen worden. Het zijn slechts kleine dieren, vooral infusoriën, die naar binnen kunnen komen, daar de openingen^ waarmee de kamertjes in de holle ruimte uitmonden, zoo nauw zijn. De beteekenis van deze geheele inrichting is nog niet zeker. Sommigen meenen, dat de diertjes, welke aan die aanhangsels blijven zitten, er door uitgezogen worden. Er is echter geen afscheiding van een bepaald vocht, dat de vertering zou kunnen bewerken, waar- genomen. Anderen meenen dan ook dat dit niet zoo is en bestrijden zelfs de plasmanatuur dier uitsteeksels. Nog an
Size: 1970px × 1268px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants
