. De Onwaardige Wereld . yne lippen toeft uit , verft an-dig. En Kapittel XVIII: 7. De mond des zots is hem zelven eene verft oorin~?e\ en zyne lippen eenjirik zyner zielen* En WERELD. ui En Kapittel XXV: ir. Een reden op zyn pas gefprooken, is []•/ƒ] gou deappelen in zilver e geheelde jcbaalen. ] AKOBUS 1: 26. Indien iemant onder u dunkt dat hy Qodsdienfligis , en zyne tonge met in toom en houd , maar zynher te -verleid, dezes Godsdien ft is y del. En Kapittel III: jyd. Alzo ook de tonge is een klein lid, en roemd\_nochtans~] groote dingen. Ziet , een klein vuurboe grooten hoop houts het aan/


. De Onwaardige Wereld . yne lippen toeft uit , verft an-dig. En Kapittel XVIII: 7. De mond des zots is hem zelven eene verft oorin~?e\ en zyne lippen eenjirik zyner zielen* En WERELD. ui En Kapittel XXV: ir. Een reden op zyn pas gefprooken, is []•/ƒ] gou deappelen in zilver e geheelde jcbaalen. ] AKOBUS 1: 26. Indien iemant onder u dunkt dat hy Qodsdienfligis , en zyne tonge met in toom en houd , maar zynher te -verleid, dezes Godsdien ft is y del. En Kapittel III: jyd. Alzo ook de tonge is een klein lid, en roemd\_nochtans~] groote dingen. Ziet , een klein vuurboe grooten hoop houts het aan/leekt. De tonge is ook een vuur , een wereld der onge-rechtigheid : alzo is de tonge onder onze leden ge/leid, vuelke het geheel lichaam befmet, enontfieekthet rad [onzer] gehorte3 en word ontjleeken vande helle. 1 Petrus III: 10. Want wie het leven wil lief hebben , en goededagen zien , die flille zyne tonge van het quaad,en zyne lippen, dat ze geen bedrog en fpreeken. H 3 De liz DeONWAARDIGE XXVIII. De Herten IL Ik d§e wandelen op den weg der gerechtigheid, in hefmidden van de f aden des rechts : Op dat ik myne liefhebbers doe be-erven dat beflendig is : en ik zal haarefebat-kameren vervullen» Spreuken Vlij: 20,21. Of WERELD. ii} Op Ftguur XXVIII. .L/en Eenen menfch, in Tv/een gedeeld,Verfchynd dus duidelyk voor oogen, In t Dierlyk en in t Englen Beeld, Daar ieder (laat in zyn vermoogen. Den een gelooft en hoopt in God,Den ander, in het (lof der aarde> Dit is, elks voorwerp, Deel en Lot,Dat hy bemind en houd in waarde. DatsOoftcnWeft, of Zuid en Noord,Wie t fterkfte trekt voor deze wagen, Die Qeept den ander mede voort,Na zyn begeerte en weibehaagen. Het Dierlyk Deel ziet voor zich neer,Na hooi en gras, der aardfe zaaken, Van zorg voor t vlees, van luft en eer,Van weelde, wellufl en vermaaken. Dien weg betrekt hy onbedacht, H 4 Ter- U4 De ONWAARDIGE Tcrwyl hy voor de voet gaat weiden, En vind aan t einde een diepe gracht,Tot wee en ach van alle beide. Daar flo


Size: 1624px × 1538px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthorluikenjan16491712, bookde, booksubjectemblembooksdutch