Inleyding tot de hooge schoole der schilderkonst : anders de zichtbaere werelt : verdeelt in negen leerwinkels, yder bestiert door eene der zanggodinnen : ten hoogsten noodzakelijk, tot onderwijs, voor alle die deeze edele, vrye, en hooge konst oeffenen, of met yver zoeken te leeren, of anders eenigzins beminnen . houdt. I JE Liefde Zanggodin ontfluit het vierde School. Zy leert Hiftorjen omftandich te beleyden, En wij ft den tijdt ,waer in iets beurde, f onderfchey den,kjÏIs ook deplaets: Zy bouwt de kunft een Kapt ooi, cjlfetgaenderyen en ontelbre bouw-fier aden:Zy voert ons in een beemd* wa


Inleyding tot de hooge schoole der schilderkonst : anders de zichtbaere werelt : verdeelt in negen leerwinkels, yder bestiert door eene der zanggodinnen : ten hoogsten noodzakelijk, tot onderwijs, voor alle die deeze edele, vrye, en hooge konst oeffenen, of met yver zoeken te leeren, of anders eenigzins beminnen . houdt. I JE Liefde Zanggodin ontfluit het vierde School. Zy leert Hiftorjen omftandich te beleyden, En wij ft den tijdt ,waer in iets beurde, f onderfchey den,kjÏIs ook deplaets: Zy bouwt de kunft een Kapt ooi, cjlfetgaenderyen en ontelbre bouw-fier aden:Zy voert ons in een beemd* waer langs het Beekje daeltEn melt wat roem men ook weleertyts heeft behaelt *y£en wildt en tam Gediert -, aen aüerley Gewaden;Geweer en Wapenen. Maer t is te groot een fpijt,Dat die meeft omjlaet, minft metfchilderen bedijt. Op de Print. Tdie hier ongehult met Rooze-en MirteblaerenGekroont zit, en den Hoorn van overvloet omvat yIs Er at o, geftaeg onledich, om al watTefamenftemmen kan 5 te voegen en te paeren. Zy deelt de vochtige aerd* de Zonneftraelen mee :Zoo worden berg en dal bezwangert van gewaffen:t Gediert uit d Ark te veldtgedreven: en deplajfenVolvijfchen aengefokt: Vrouw Vernis, uit de ZeeEn V Godlij k zaetgeteelt, zendt daerom, vol genoegen,Kupyd? om zich altijts by dees Godin te voegen* I N-. Het vierde Boek. nj INLEIDING. Erato! die aen uwen Thamiras d eerfte minnedeanen voorzongt,enSapphouwe liefdevaerzen ingaeft, geley ons nu in lullige ge-bouwen , daer uwe ftaet jufferen u wachten. (5y die een Ven ut on-der de Muzen zijt, en Roozenin Mirten (hengelt, open ons debinnekameren» daerdeHofjufferen zich ten dans bereyden, of in haer fier-lijke bedkameren van liefde zuchten, en geley ons van daer, ofintlom-merich geboomt, of in de luchtige beemd; daer de Veldnimfjes, van agevleugef t wichjen getroffen, het Bofch en t Gebergt niet dan van liefde-lietjes, doen wedergalmen. Wijs ons de Tuinen en Boomgaerden, waeruit gy uwen overvloetshooren vol plukt, wanneer gy met l


Size: 1388px × 1801px
Photo credit: © The Reading Room / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1600, bookdecade167, booksubjectpainting, bookyear1678