. Beschryving van Ysland, Groenland en de Straat Davis. : Tot nut der wetenschappen en den Anderson, Johann, 1674-1743; Natural history; Natural history; Eskimo languages; Indian linguistics. en de DAVIS. 213 ander, dat zy hun bevolen hebben. De jonge knechtjens en meisjens blyven by hunne ouders, tot zy in den echten (laat getreden zyn. Daarna zorgen zy voor zich zelven ; doch de ouders en kinderen verlaten elkander nooit, maar blyven fteeds in één huis by eikanderen. §. LXVIL De Groenlanders konnen zich naar alles fchikken, van hun- ongelooflyk honger lyden , wanneer de
. Beschryving van Ysland, Groenland en de Straat Davis. : Tot nut der wetenschappen en den Anderson, Johann, 1674-1743; Natural history; Natural history; Eskimo languages; Indian linguistics. en de DAVIS. 213 ander, dat zy hun bevolen hebben. De jonge knechtjens en meisjens blyven by hunne ouders, tot zy in den echten (laat getreden zyn. Daarna zorgen zy voor zich zelven ; doch de ouders en kinderen verlaten elkander nooit, maar blyven fteeds in één huis by eikanderen. §. LXVIL De Groenlanders konnen zich naar alles fchikken, van hun- ongelooflyk honger lyden , wanneer de nood zulks vereifcht; 11 e Spy- doch ook vervaarlyk vreten , wanneer zy voorraad hebben. Jen en Zy houden genen bepaalden tyd tot hunne maaltyden, en e- verboe- ten , als hun de honger of eetluft bekruipt, doch hun befte bereidze- maal houden zy des avonds. Velen flaan ook des nachts op ,len. als zy ontwakende eetluft befpeuren, en gaan eten. Zy komen nooit in enes anderen huis, indien zy'er iets te doen hebben of ie- mand fpreken willen, zonder terftond aan 't eten te vallen. On- dertuflchen zyn hunne Spyzen en de toebereiding derzelven gantfch niet aantrekkelyk. Vleefch en vifch is alles,wat zy konnen hebben , dewyl hun land niet anders voortbrengt; namelyk Vleefch van Reè'n , Harten , Zeehonden, en allerley land- en watervogels en viflchen, die hun uit het zoete water of uit de zee voorkomen , ook WalvifTchen , doch inzonderheid hunne kleine iLofc&m / die byna als onze Grondelingen zyn. Het vleefch eten zy nu eens raauw, namelyk wanneer het half ver- rot of op de klippen in de zon (b) gedroogt is, dan eens ge- kookt ; want zy zeer harde en taye fpyzen, ja zelfs in tyd van nood, riemen van het leder hunner klederen en oude fchoenen, een weinig in water gekookt,kaauwen en verdouwen konnen; weshalven zy de een zo wel als ander flompe afgebeten tan- den , gelyk de boerenhonden hebben. Verfchen vifch eten zy altoos gekookt; drogen echter ook veel, als Elften en dergely- k
Size: 2561px × 975px
Photo credit: © Library Book Collection / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., booksub, booksubjectindianlinguistics, booksubjectnaturalhistory