Archive image from page 522 of De flora van Nederland (1909-11). De flora van Nederland defloravannederl01heuk Year: 1909-11. FAMILIF: 18. â GRAMINAE. 481 Phragmites communis Fig. 413. dikken (meest meer dan 3-4 cM dikken) wortelstok en een zeer dikken , rechtopstaanden of liggenden, kruipenden stengel. In het laatste geval is hij meest kort en vaak rijk vertakt. De liggende stengels hebben bladen met korte scheeden en korte, stijve, circa 2-5 cM lange, vaak buikig samengerolde, meest ste- kende schijven. De bladen van de rechtopgaande stengels hebben lange, gladde, bijna aanliggende schee


Archive image from page 522 of De flora van Nederland (1909-11). De flora van Nederland defloravannederl01heuk Year: 1909-11. FAMILIF: 18. â GRAMINAE. 481 Phragmites communis Fig. 413. dikken (meest meer dan 3-4 cM dikken) wortelstok en een zeer dikken , rechtopstaanden of liggenden, kruipenden stengel. In het laatste geval is hij meest kort en vaak rijk vertakt. De liggende stengels hebben bladen met korte scheeden en korte, stijve, circa 2-5 cM lange, vaak buikig samengerolde, meest ste- kende schijven. De bladen van de rechtopgaande stengels hebben lange, gladde, bijna aanliggende scheeden en meest tot omstreeks 5 dM lange en circa 2-2,5 cM breede, van boven gladde, van onderen nauwelijks ruwe, iets behaarde, ge- leidelijk in een slanke spits toegespitste schijven. Het tongetje (fig. 413) ontbreekt, doch is soms door een zwak behaarde verhevenheid aange- duid. De bladen zijn in de jeugd opgerold. De pluim is zeer groot met vele aartjes, meest circa 3-5 dM lang, tijdens den bloei afstaand, daarvoor en daarna bijna steeds samengetrokken, iets overhangend. De schutbladen der pluim- takken zijn als een vliesje aanwezig, dat in zilverwitte, tot circa 1 cM lange, zachte haren opgelost is. De pluimtakken zijn tamelijk zwak ruw, de krachtigste hebben meest 4 grondstandige takken, zij dragen reeds dicht boven den voet aartjes. De aartjes zijn vrij groot, 6-9 mM lang, smal, lancetvormig, meest donkerbruin, violet aangeloopen, 3-8-bloemig. De kelk- kafjes (fig. 413) zijn 3-nervig, ongelijk, langwerpig-lancetvormig, spits, het bovenste is circa 6 mM lang, minstens dubbel zoo lang als het meest iets meer dan 2 mM lange onderste. De onderste bloem is mannelijk. De spil der aartjes is onder deze kaal, doch draagt onder de andere bloemen haren, die boven de bovenste kroonkafjes uitsteken. Het onderste kroon- kafje is â lijn-priemvormig, lang toegespitst, ongenaaid, 2-3 maal zoo lang als het bovenste, kaal. Dat der mannelijke bloem is omstreeks even lang als het aartje, die


Size: 1269px × 1576px
Photo credit: © Actep Burstov / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: 1900, 1909-11, archive, book, bookauthor, bookdecade, bookpublisher, booksponsor, booksubject, bookyear, drawing, heukels_hendrik_1854_1936, historical, history, illustration, image, leiden_n_v_boekhandel_en_drukkerij_voorheen_d_j_br, page, picture, plants, print, reference, the_luesther_t_mertz_library_the_new_york_botanical_, vintage, zimmermann_a_albrecht_b_1860