. Beschouwing der Wereld . aagt , op dat het eenen glinji er hebbeiofUiy \_dan] zullen vrulyk zynl hetis deroedeinyns .Z6ons, die alle hout verfmaad. l ; En hy heeft het zelve te vaagen gegeeven, op dat •fmn t met de hand handelen zoude : dat zwaard is ■.gfjcherpt, en dat is gei:aagd, om t zelve in de hand ^des doodflagers te geeven. Schreeuwd en huild, ê menfchen kind, want hetztlve zal zyn tegen myn volk, t zal zyn tegen alle \de vorjlen Ifraels: verjchrikkingen zullen van wegen het zwaard hy myn volk zyn: daarom klopt op deheupe. M A T T H E u s V: 43, 44, Gy hebt gehoord dat er gezegd is,


. Beschouwing der Wereld . aagt , op dat het eenen glinji er hebbeiofUiy \_dan] zullen vrulyk zynl hetis deroedeinyns .Z6ons, die alle hout verfmaad. l ; En hy heeft het zelve te vaagen gegeeven, op dat •fmn t met de hand handelen zoude : dat zwaard is ■.gfjcherpt, en dat is gei:aagd, om t zelve in de hand ^des doodflagers te geeven. Schreeuwd en huild, ê menfchen kind, want hetztlve zal zyn tegen myn volk, t zal zyn tegen alle \de vorjlen Ifraels: verjchrikkingen zullen van wegen het zwaard hy myn volk zyn: daarom klopt op deheupe. M A T T H E u s V: 43, 44, Gy hebt gehoord dat er gezegd is, Gy zult uwenaajien Hef hebben, en uwen vyand zult gy haaien. Maar ik zegge u , Hebt uwe vyanden lief, ze-gendü^e die u vervloeken, doet wel den geenen die uhaat en , en bid voor de geene die u geweld doen endie u vervolgen. En Kapicrel XXVI: 5-2, Doe zeide Jezus tot hem, Keert uw zwaard we-der in zyne plaatfe: want alle die het zwaard nee-men^ zullen door het zwaard vergaan. De S56 BESCHOUWING De is [^Docb] ik zal ze jan V geweld der hellen verlojfeüfik zai ze vry maaken van den dood: 6 Dood, waarZyn uwe peftihitien ? Helle, waar is uw verderf? he*rouw zal van myne oogen verborgen zyn. Hozea XIII:vers 14. Zq DER W E R E L D. 357 Zo gy niet vreezen u een Heilig Schild. l^e Pefl, een vreesjyk afgezant,Met eenen Seifen in zyn hand, Op dat hy langs de wegen zivaaije,£n t bloeijend menfchelyk geOacht,As t gras d^s groenen velds geacht, Zeer fel, en fnel ter neder maaije; Roept, Schrik; dat ieder van t , vcrfaagt, en fchichtig vlugt. Om dat hy deerlyk fchynd te hooren;Staat af, van flaat, van liift en vveelde, wellun:, goed en bloed, Van al vvac gy hebt leid^zyn vuurge pylen aan,Die t trcfc, daar is het mee gedaan, Wie kan die ftoute vyand keeren ?Hier helpt geen fchrander krygs beleid,Noch helden-moed, en dapperheid, Hier helpt geen fpartlen noch raad, in dezen hoogen nood ?Het Edel kruidj


Size: 1496px × 1670px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthorluikenjan16491712, bookde, booksubjectemblembooksdutch