. De godlievende ziel . hun weggegaen was, vond ikhem, dien myne ziel lief heeft: ik hielt Hem vaft,en liet Hem niet gaen. Hoogl. UI. 3? 4. IK zocht myn Lief vergeefs in t dons by , en, wakker op de wacht,Ging zoeken door de wyken en de ftraten;Maer vondt Hem niet. ik fcheen van Hem verlaten. k Vroeg wien ik zagh, ei, zeg me, goede vrint, Hebt gy gezien, dien myne ziel bemint ?Och, neen. Toen fcheen geen hoop van Hem te voortgegaen ontmoette ik dien Beminden Van myne ziel. ik greep en hielt Hem vaft. Nu zal ik Hem voortaen, om luft nogh laft,Verlaten; of met vreem


. De godlievende ziel . hun weggegaen was, vond ikhem, dien myne ziel lief heeft: ik hielt Hem vaft,en liet Hem niet gaen. Hoogl. UI. 3? 4. IK zocht myn Lief vergeefs in t dons by , en, wakker op de wacht,Ging zoeken door de wyken en de ftraten;Maer vondt Hem niet. ik fcheen van Hem verlaten. k Vroeg wien ik zagh, ei, zeg me, goede vrint, Hebt gy gezien, dien myne ziel bemint ?Och, neen. Toen fcheen geen hoop van Hem te voortgegaen ontmoette ik dien Beminden Van myne ziel. ik greep en hielt Hem vaft. Nu zal ik Hem voortaen, om luft nogh laft,Verlaten; of met vreemde en aerdtfche dingen(Die, buiten Hem, niets zyn dan beuzelingen) My moeien, met de minfte aenkleventheit. k Zal denken zoo Hy fpreekt, en zyn beleit,In vreugde en pyn, met woorden en met werken,Opvolgende, mynwil geheel beperken In t ront van zyn volmaekte liefde en wil. Watzachtheitllreekme? oaengenaem, oftil,O lieflyk heil! o Zaligfte aller uren!Myn Bruigom, laet dees vrientfehap eeuwigh duren. XXVIII. Maer, cri, qtt&7n f t<z mm*:óeKui eu*rv,neé cztn4Ó£a/7rL . xxvni.


Size: 1277px × 1956px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthordukeuniversitylibrarygilbertcollection, booksubjectem