. De flora van Nederland. Plants. 104 â BORAGINACEAE. â FAMILIE 92. Biologische bijzonderheid. Eerst is de kroonbuis slechts 2 niM lang, zoo- dat de stempel, die op een bijna 3 niM langen stijl staat, hooger ligt dan de helmknopjes, die in het bovenste deel der buis zitten. Nu is de bloem dus op kruisbestuiving aangewezen (dan zijn de bloemen geel). Later groeit de kroonbuis in de lengte en komen daardoor helmknopjes en stempel op dezelfde hoogte te liggen, zoodat nu spontane zelfbestuiving kan plaats hebben. Voorkomen in Europa en in Nederland. De soort komt in geheel Europa op droge, zandige


. De flora van Nederland. Plants. 104 â BORAGINACEAE. â FAMILIE 92. Biologische bijzonderheid. Eerst is de kroonbuis slechts 2 niM lang, zoo- dat de stempel, die op een bijna 3 niM langen stijl staat, hooger ligt dan de helmknopjes, die in het bovenste deel der buis zitten. Nu is de bloem dus op kruisbestuiving aangewezen (dan zijn de bloemen geel). Later groeit de kroonbuis in de lengte en komen daardoor helmknopjes en stempel op dezelfde hoogte te liggen, zoodat nu spontane zelfbestuiving kan plaats hebben. Voorkomen in Europa en in Nederland. De soort komt in geheel Europa op droge, zandige plaatsen voor en is bij ons vrij algemeen. De var. 5. is vrij zeldzaam, y. zeldzaam en ». alleen bij Sassenheim, Clinge en Hulst gevonden. M. hispida') Schidl. (M. collina-) Ehrh., M. stn'cta -) Fl. B. S.), Ruw vergeet-m ij-nietje (fig. 129). Bij deze soort is de stengel dun, slap, rechtopstaand of opstijgend, meest vertakt, evenals de bladen kort ruw behaard. Hij is teerder dan bij M. intermedia en slapper dan bij M. arenaria. De bladen zijn langwerpig, stomp, ook ruw behaard, de onderste zijn gesteeld en vormen een roset. De bloeiwijzen zijn veel langer dan de stengel onder het begin van deze. Zij zijn lang en zeer los, tot aan den voet naakt. De bloemen zijn zeer klein (1-2 mM). De kelk is ruw met gekromde haren en staat bij de vruchtrijpheid open. De bloemkroon is licht hemelsblauw, zelden witachtig, zij heeft Myosotis hispida ccn buis, die korter is dan de kelk en een uitge- F'g- '29- holden zoom met slippen als muizenoortjes. De vruchtstelen (fig. 129) staan horizontaal uit, de onderste zijn bijna even lang als de kelk. OO en 0. 7-30 cM. Mei, Juni. Deze soort gelijkt op M. arenaria en M. versicolor, doch is er door de langere bloemstelen en den open vruchtkelk gemakkelijk van te onderscheiden. Bijzondere vormen zijn: p. forma iimbrósa ^) Cop., een op beschaduwde plaatsen groeiende vorm en y. forma procümbens'') Cop., die zodenvormend is. Voorkomen in Europa en


Size: 1416px × 1765px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants