. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 95. LABIATAE. â 223. Lamium amplexicaule X purpureum B. dissectum Fig. 26P. van stinkers, in Zeeuwsch-Vlaanderen van roodc tingel en van purperen doovetingel. L. amplexicaule >; purpureum (fig. 269). Bij dezen bastaard is de stengel vaak aan den voet in verscheiden opstij- gende takken gedeeld en onder de bloemen ver onbebladerd. De onderste bladen zijn gesteeld, rondachtig. de hoogere zijn kort tot zeer kort gesteeld, aan den voet afgeknot of kort wig- vormig, nooit stengelomvattend, min of meer ingesneden , evenals de stengel naar boven meest rood
. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 95. LABIATAE. â 223. Lamium amplexicaule X purpureum B. dissectum Fig. 26P. van stinkers, in Zeeuwsch-Vlaanderen van roodc tingel en van purperen doovetingel. L. amplexicaule >; purpureum (fig. 269). Bij dezen bastaard is de stengel vaak aan den voet in verscheiden opstij- gende takken gedeeld en onder de bloemen ver onbebladerd. De onderste bladen zijn gesteeld, rondachtig. de hoogere zijn kort tot zeer kort gesteeld, aan den voet afgeknot of kort wig- vormig, nooit stengelomvattend, min of meer ingesneden , evenals de stengel naar boven meest rood aangeloopen. De bloemen staan in schijnkransen. die bijna een hoofdje vormen. De kelk is iets behaard en heeft afstaande tanden. die na den bloeitijd langer zijn dan de buis. De bloemkroon is pur- per, kleiner dan bij L. amplexicaule, grooter dan of even groot is als die bij L. purpureum. Zij heeft een rechte, niet of weinig uit den kelk stekende buis en een gave bovenlip. De vruchtjes zijn glad. 1-3 dM. Z en 3 3. MaartâJuni, ook (vooral de vorm B.) niet zelden tot Herfst. Vormen zijn: A. intermedium ) (L. intermedium Fr.). Deze vorm nadert meer L. am- plexicaule , maar verschilt er van doordat de onderste schutbladen der bijschermen kort en breed gesteeld zijn, de kelktanden afstaan en de bloem- kroonbuis korter is. B. dissectum-) With. (L. disséctuin With., L. incisum ) Willd.) (fig. 269). Deze vorm nadert meer tot L. purpureum. doch is er van te onderscheiden, doordat de bovenste bladen dieper ingesneden, korter en breeder gesteeld, aan den voet afgeknot zijn of in den bladsteel ruit-, niet hartvormig over- gaan en doordat de bloemkroon teerder is, zonder haarring. De variëteit 5. decipiens ^) van deze heeft een haarring in de bloemkroon- buis en heeft ook ongelijk ingesneden gekartelde bladen. Voorkomen in Europa en in Nederland. De vormen komen in bouwland en moestuinen tusschen de stamouders voor. De vorm A. is bij Jelsum en Oegstgeest gevonden. de vorm B. is het
Size: 1422px × 1758px
Photo credit: © The Book Worm / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants