. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 10. ORCHIDACEAE. — 593 iets grooter dan bij de vorige soort, wit, geel- of groenwit, zij staan in een ijle aar met meest stompe schutbladen. De bioemdekbladen zijn breeder, de zijdelingsche buitenste zijn lancetvormig-eirond, bijna driehoe- kig, afstaand, naar boven wit of geelachtig, het middelste is breeder, naar boven bijna deltavormig, aan den top uitgerand ofafgeknot, 3-nervig, meest lichtgeel-groenachtig. De zijdelingsche binnenste bioemdekbladen zijn korter, weinig langer dan de stempelzuil, smaller dan de buitenste, lijn-lancet- vormig, iets sp


. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 10. ORCHIDACEAE. — 593 iets grooter dan bij de vorige soort, wit, geel- of groenwit, zij staan in een ijle aar met meest stompe schutbladen. De bioemdekbladen zijn breeder, de zijdelingsche buitenste zijn lancetvormig-eirond, bijna driehoe- kig, afstaand, naar boven wit of geelachtig, het middelste is breeder, naar boven bijna deltavormig, aan den top uitgerand ofafgeknot, 3-nervig, meest lichtgeel-groenachtig. De zijdelingsche binnenste bioemdekbladen zijn korter, weinig langer dan de stempelzuil, smaller dan de buitenste, lijn-lancet- vormig, iets spits, met het middelste buitenste bijna helmachtig samenneigend. De lip is meest nauwelijks zoo lang, soms aanzienlijk langer dan de zijdeling- sche buitenste bioemdekbladen, bijna lijnvormig, naar den top weinig versmald, stomp, meest licht groengeel, naar den top groen. De spoor is draadvormig, meest wat knotsvormig naar den top. van het midden af iets samengedrukt, circa 1' .. a 2 maal zoo lang als het vruchtbeginsel en ontbreekt soms. De stempelzuil is breed, afgeknot. De helmhokjes (fig. 544, 545) treden naar beneden uit elkaar, zijn meest boogvormig gekromd en zijn door een breed en boven uitgerand helmbindsel gescheiden. De stempel- vlakte ligt onder en tusschen de uiteenloopende helm- hokjes. Het naakte hechtkliertje is van buiten met een dichte laag kleverige stof belegd (deze is na 24 uren nog kleverig). Het loopt aan de tegenovergestelde zijde uit in een kort trommelvormig steeltje, waaraan het staartje van het stuifmeelklompje overdwars is gehecht, zoodat hier het hechtkliertje loodrecht staat op de rich- ting, die het heeft bij de Orchissoorten. Het vrucht- beginsel is meest vrij dik. De geheele plant is sierlijker dan de vorige. 2\.. 3-4,5 dM. Juni, Juli. Biologische bijzonderheden. Hoewel de bloemen (fig. 545) bijna reukeloos en nog al groenachtig zijn, worden zij toch nog al door nachtvlinders bezocht, die in de 23-43 mM lange spoor honig vinden. Als zij den ko


Size: 933px × 2678px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants