. De flora van Nederland. Plants. 88 BORAGINACEAE. FAMILIE 92. den stengel zijn verbonden. Bladen eirond of lancetvormig, de bovenste zittend. Planten ruw behaard. Tabel tot het determineeren der soorten van het geslacht Anchusa. A. Bladen gaafrandig, hoogstens wat gegolfd, lancetvormig, dik, ruw. Meest overblijvende planten. a. Bloemstelen even lang als de kelk en de smal lijnvormige schutbladen, na den bloeitijd verdikt en rechtopstaand. Bloemkroonbuis niet langer dan de kelk met uitstekende, in slippen verdeelde keelschubben. Plant zeer ruw behaard. A. italica blz. 89. ö. Bloemstelen korter


. De flora van Nederland. Plants. 88 BORAGINACEAE. FAMILIE 92. den stengel zijn verbonden. Bladen eirond of lancetvormig, de bovenste zittend. Planten ruw behaard. Tabel tot het determineeren der soorten van het geslacht Anchusa. A. Bladen gaafrandig, hoogstens wat gegolfd, lancetvormig, dik, ruw. Meest overblijvende planten. a. Bloemstelen even lang als de kelk en de smal lijnvormige schutbladen, na den bloeitijd verdikt en rechtopstaand. Bloemkroonbuis niet langer dan de kelk met uitstekende, in slippen verdeelde keelschubben. Plant zeer ruw behaard. A. italica blz. 89. ö. Bloemstelen korter dan de kelk en dan de eirond-lancetvormige schutbladen, na den bloeitijd naar buiten gebogen. Bloemkroonbuis langer dan of even lang als de kelk met ovale, fluweelachtig behaarde keelschubben. Plant ruw behaard. aa. Bloemen violet, rood, blauw of wit A. offlcinalis blz. 88. bb. Bloemen geel A. ochrolenca blz. 89. B. Bladen wijd getand, sterk gegolfd. Planten een- of 2-jarig. Schutbladen even lang als of langer dan de kelk. Bloemkroonbuis in het midden knievormiggebogen, langer dan de kelk. Bloemstelen na den bloei rechtopstaand. Keelschubben ruw behaard. A. arvensis blz. 89. A. offlcinalis 1) L Ossentong (fig. 109). Deze plant heeft een penwortel en een rechtopgaanden, vertakten sten- gel, die evenals de bladen door op knobbels staande haren stijf behaard is. De bladen (fig. 109) zijn langwerpig- of lijn-lancet- vormig, gaafrandig, de onderste zijn in een steel versmald, de hoogere zittend. De bloemen zijn vrij groot (12-15 mM lang), purperviolet, zelden donkerpurper, lichtrood of zuiver blauw, zeer zelden wit. Zij staan meest in 2 ongevorkte bijschermen met een topbloem er tusschen. De bloemstelen zijn na den bloeitijd naar buiten gekromd, korter dan de kelkslippen en dan de ovaal-lancetvormige schutbladen. De kelk is 5-spletig met vrij spitse, lancetvormige slippen. De bloemkroon (fig. 109) is trechtervormig met rechte buis, die even lang als of langer is dan de kelk en met


Size: 1438px × 1737px
Photo credit: © Central Historic Books / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants