. De inlandsche kunstnijverheid in Nederlandsch Indië. Fig. 284. Pëksi kingkin (no. 35 op blz. 195). 43. Pëksi kablak latar irëëksi = vogel. Kablak = snoeven,pochen. Tusschen ornamentaal zich slingerendebladranken: vogelfiguren, die in dezelfderichting rondom een midden-vogelfiguurden kop gewend houden. Elke vogelfiguuris afgebeeld met open snavel, de kamrechtop (alleen die van den vogel in hetmidden niet), de borst breed vooruit, devleugels wijd uitgespreid. 44. Pëksi manjoera latar = mannelijke wit veld, warrelig van s o g a-kleurigeranken en gebloemte, een vogelf


. De inlandsche kunstnijverheid in Nederlandsch Indië. Fig. 284. Pëksi kingkin (no. 35 op blz. 195). 43. Pëksi kablak latar irëëksi = vogel. Kablak = snoeven,pochen. Tusschen ornamentaal zich slingerendebladranken: vogelfiguren, die in dezelfderichting rondom een midden-vogelfiguurden kop gewend houden. Elke vogelfiguuris afgebeeld met open snavel, de kamrechtop (alleen die van den vogel in hetmidden niet), de borst breed vooruit, devleugels wijd uitgespreid. 44. Pëksi manjoera latar = mannelijke wit veld, warrelig van s o g a-kleurigeranken en gebloemte, een vogelfiguur metwaaiervormigen staart. 45. Pëksi handon latar ëksi = vogel. Handon = zich ver-maken met o g a-kleurig wit gepointilleerd veld. Vierregelmatig geplaatste kalkoen-afbeeldin-gen, (van achteren gezien), de staart wijduitgespreid, de vleugels daarachter neer-hangend, de kop onzichtbaar. De veerenvan den staart vertoonen aan de toppenblauwe, witbestippelde bolletjes. Tus-schen deze afbeeldingen is in het middeneen vliegen


Size: 1617px × 1544px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookdecade1910, booksubjectweaving, bookyear1912