. Dan. Heinsii Nederduytsche poemata ; by een vergadert en uytgegeven door P. S . een heupe,genaemt ift dat Tirefias by Euripidem in zijne Tragoe-ie Bacchce genaeimt, fegt dat de heupe van Iupiter; geweeft, p^ 7» § tyKvxAtyeÉw $vi\, dat is,fc» ied vanden hemel die daerde Van alle kanten omringt. Alwaarhy het kint eerit geboren fijnde verborgen meyne dat zy niet anders hebben willenmet de heupe te kennen geven, dan de kuype ofhet vat, daer de druyve in licht als zy gheperftwert. Want dan wort de wijn eerft gheboren ,maer en is noch niet bequaem om te drincken ,voor aleer dat hy
. Dan. Heinsii Nederduytsche poemata ; by een vergadert en uytgegeven door P. S . een heupe,genaemt ift dat Tirefias by Euripidem in zijne Tragoe-ie Bacchce genaeimt, fegt dat de heupe van Iupiter; geweeft, p^ 7» § tyKvxAtyeÉw $vi\, dat is,fc» ied vanden hemel die daerde Van alle kanten omringt. Alwaarhy het kint eerit geboren fijnde verborgen meyne dat zy niet anders hebben willenmet de heupe te kennen geven, dan de kuype ofhet vat, daer de druyve in licht als zy gheperftwert. Want dan wort de wijn eerft gheboren ,maer en is noch niet bequaem om te drincken ,voor aleer dat hy gefüy vert ende in ander vatengetont is. De vreeffe!icl;e vlam] De Poëten hebben ghefeyt,dat Bacchus uyt het vier geboren is, om de hittedes wijns ende natuerlicken brant: ghelijck dePoéot Thefpis den felven noemt ufo-mc Qxeyuh , dat iSyfivart? brant ih on Utopia 0,fy>7m§>.*yfMH heiGa. Strabo in zijn dertiende boeck befchrijft eenigeplaetfèn die heel verbrant fijn, ende nochtansgoede wijnen voortbrengen^ gelijck in Lydia, in Myfia, io4 I. OF-SANCK VAN BACCHVS,. De blixem (lont om u, tot dat uw vader quam,En met zijn eygenhant (elf uyt de vlamme dat ghy waert verloft, en uyt het vier genomen,Sijt ghy weer uyt de dye van Iupiter gekomen,* Geboren meer als eens. dit hebt ghy oock met geenVan alle die daerfijnint Hemelrijck gemeen. Myfia,ende oock by Catina. De fèlve meynt datBacchus daerom gefeyt wort uyt het vier gebo-ren te fijn j al ift dat ick meyne, het eerfte mfon-derheyt waer te welen. Hierom wort hy ignigenavan OvidiuSj^ws*^^ van andere, -arv^ÓTTro^og vanOrpheus genoemt. Doch door het verbrandenvan Seniele, op wiens verfoeck Iupiter met denblixem was gekomen, geven ons de Poëten, diedeerfte Philofophen ortewijfên fijngheweeft,merckelick te kennen, wat de loon is vandegroote herten ende vande eergiericheyt:die haer wenfchen, krijgen haer doot ofteftraf; ende dat de gaven van cle machtigen rech-te blixems fijn: die de kleynen,die h
Size: 2050px × 1219px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookauthorschrijverpieter15761660, bookdecad, booksubjectemblems
