. De Bykorf des Gemoeds : Honing zaamelende uit allerley Bloemen . CXIX: iio. De godlooze hehhen my eenen flrik geleid: noch*tms en ben ik niet afgedwaald van uwe hevelen. Spreuken XIII: 14. Des wyzen leer e is een fpring-ader des levens ym af te wyken van de firikken des doods, LüKAS D E s G E M o E D S. 3f 7 Luk AS XXI: 34, 35-. En wacht u zelven , dat uwe herten niet teeeniger tyd bezwaart en worden met hrajferye , endronkenfchap , en zorgvuldighdSen dezes kevenSjen dat u dien dag niet onvoorziens [over] enkome. Want geïyk een ftrik zal hy komen over alle degeene die op den gantfen aardbode
. De Bykorf des Gemoeds : Honing zaamelende uit allerley Bloemen . CXIX: iio. De godlooze hehhen my eenen flrik geleid: noch*tms en ben ik niet afgedwaald van uwe hevelen. Spreuken XIII: 14. Des wyzen leer e is een fpring-ader des levens ym af te wyken van de firikken des doods, LüKAS D E s G E M o E D S. 3f 7 Luk AS XXI: 34, 35-. En wacht u zelven , dat uwe herten niet teeeniger tyd bezwaart en worden met hrajferye , endronkenfchap , en zorgvuldighdSen dezes kevenSjen dat u dien dag niet onvoorziens [over] enkome. Want geïyk een ftrik zal hy komen over alle degeene die op den gantfen aardbodem gezeten zyn, 2 KORINTHEN XI: 3. Doch ik vreeze dat niet eenigzins, gelyk de Jlan^ge Eva door haare arglijftigheid bedroogen heeft ^ aUzo uwe zinnen bedorven worden^ [omaftewyken\^an de eenvoudigheid die in Chrifius is. I Timoth: VI: 9» Doch die ryk willen worden vallen inverzoekin*ge en [in] denfirik^ en [in] veele dwaaze enfcha^delyke begeerlykheden^ welke de menfchmdoen ver*zinken in verderf m ondergang. Db 3j8 De B Y K o R F De teertuin. Vuil maakt , Geliefde, ik Termaane \u\ ah inwoonden en vreem*dehngen, dat gy u onthoud van de vleefelyke begeerlyk-heden^ welke kryg voeren tegen de ziele, l Petrus ll:Yers II. Die D E s G E M o E D S. 3f9 T>ie niet wel op zyn zelven let,Wordy doordeaankleeflykheid^ befmet^ Xnet Vuile-werk maakt zyn bedienaars vuil,Zo dat ze zyn , te fchuwen en te myde: De zuiverheid blyft voor donreinheid fchuil,En houd zich zelfs veel liever aan een zyde: Zo is er dan, voor t wyzelyk verfland,Geen vuilder werk, als t vuile doen der zonden j Nochtans, al is t tot fmaadheid en tot fchand,Word alle man tot dezen dienft gevonden. Maar God, die zelfs de puure reinheid is,Wykt van haar af, en alle Hemelingen, Als dienaars van het werk der duifternis,Zo fcheiden zich Twee ongelyke dingen. Zo doen zy ook , die net zyn van Gemoed,Om zich aan t vuil van andre niet te fmetten, En willen haare eens vaft-geftelden voet,Niet op den weg der vuile zonda
Size: 1606px × 1557px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No
Keywords: ., bookauthorluikenjan16491712, booksubjectemblembooksdutch, bookye
