. De flora van Nederland. Plants. FAMILIH 22. — CUPULIFERAE. — 17 meest bochtijjje bladen, die in ikn iierfst verdrogen, maar eerst in de lente afvallen. Biologische bijzonderheden. De knoppen zijn hier stomp kegelvormig en bedekt door vele bruine, dakpansgewijs staande knopschubben. De knoppen zwellen eerst in Mei op, stooten de er omheen zittende verdroogde bladen af en ontluiken dan. De bladen zitten in den knop vrijwel als bij den beuk, want ook hier liggen eerst de groene blad- moesdeelen naar binnen gebogen tusschen de zijnerven, die als de stelen van een waaier naast elkaar liggen. Op d


. De flora van Nederland. Plants. FAMILIH 22. — CUPULIFERAE. — 17 meest bochtijjje bladen, die in ikn iierfst verdrogen, maar eerst in de lente afvallen. Biologische bijzonderheden. De knoppen zijn hier stomp kegelvormig en bedekt door vele bruine, dakpansgewijs staande knopschubben. De knoppen zwellen eerst in Mei op, stooten de er omheen zittende verdroogde bladen af en ontluiken dan. De bladen zitten in den knop vrijwel als bij den beuk, want ook hier liggen eerst de groene blad- moesdeelen naar binnen gebogen tusschen de zijnerven, die als de stelen van een waaier naast elkaar liggen. Op de bladen wordt vaak honigdauw waarge- nomen , die door bladhiizen wordt veroorzaakt p. ,2 {zie Tilia). Ook domatiën treft men aan (zie Tilia), nomatiün bij Quercus Robur. doch als zoodanig dienen ombuigingen van de bladschijf aan den voet van het blad (fig. 12). Tal van soorten galwespen (wel circa 100) veroorzaken gallen. Galvorming. Vroeger meende men dat de steek van de legboor der vrouwelijke galwesp als een prikkel werkte op het plantendeel, waardoor een sterkere toevloeiing van sappen naar dat deel plaats had, waardoor de gal gevormd werd. Daarvan is men echter geheel teruggekomen. Niet alleen toch, dat de eieren vaak alleen aan de oppervlakte van het planten- deel worden vastgekleefd, zonder dat er dus gestoken wordt, maar ook is gebleken, dat, als het eitje of de larve tijdig weggenomen wordt, de gal- ontwikkeling niet begint of niet voortgaat. Het is dan ook zeker geworden, dat het de uit het ei gekomen larve is, die een waarschijnlijk vloeibare stof uitscheidt, die als prikkel op het plantendeel werkt en de gal veroor- zaakt. Merkwaardig is het, dat tevens gebleken is, dat het door den parasiet voor het eierleggen gebruikte plantendeel voor den prikkel gevoelig moet zijn en daardoor wordt het duidelijk, dat de bepaalde gallen alleen op bepaalde plantendeelen voorkomen en dat, als de eieren op andere deelen worden gelegd, geen gallen ontstaan. De meeste gallensoo


Size: 1491px × 1676px
Photo credit: © The Book Worm / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants