. Het leerzaam huisraad : vertoond in vyftig konstige figuuren, met godlyke spreuken en stichtelyke verzen . RAAD. ƒ9 Op Bgnnr X VI. och ftcf, noch vezel werd nette en zindclyke kleeden. De Schuijer moet er daadlyk d:it Hy t zuiver en ter deege,Aan alle zyden heuslyk veege, Zo dat h::t niet oneerbaar zy,6! Avmt Ziel! zo veel gruis en pluis zo zeer bezeten, Wie weet hoc dat gy zyt t klaarontzagiyk Oog der Oogen,Dat fcherp van llraal, en onbedroogen, Door fierclyke klecdren gaat,En ziet hoe t Hcrce (laat van moet gy daar beginnen, B


. Het leerzaam huisraad : vertoond in vyftig konstige figuuren, met godlyke spreuken en stichtelyke verzen . RAAD. ƒ9 Op Bgnnr X VI. och ftcf, noch vezel werd nette en zindclyke kleeden. De Schuijer moet er daadlyk d:it Hy t zuiver en ter deege,Aan alle zyden heuslyk veege, Zo dat h::t niet oneerbaar zy,6! Avmt Ziel! zo veel gruis en pluis zo zeer bezeten, Wie weet hoc dat gy zyt t klaarontzagiyk Oog der Oogen,Dat fcherp van llraal, en onbedroogen, Door fierclyke klecdren gaat,En ziet hoe t Hcrce (laat van moet gy daar beginnen, Begeerd gy net geacht te zyn;Daar is den Schuijcr wel van noode,Op dat het zuiver werd voor Gode, Daar paft het Eerbaare en het Rein, I Petrus III: 3, 4. ^ V elhr vcrfiërfel zy, niet het geem tiilerlyk Is^{JjeJJaande^^ in h^t i-kchtcn des batrs^ en omhangenjan goud^ of rja-^ kleedercn aan te trekken: de verbor^en menfche des herten , in hetonver derf e lyk [^verfier fel] eens zachi77ioedigen enflillen geejis, die kof e lyk is zwor God. E z Dr 6ii Het leerzaam De kapstok. Het binnenftc is t mecftc. Düch dh zeg^e ik , Broeders^ dat vlees en hloed hetKonatJryke Gods met be-ervcn en komien^ noch de ver-der je iykheid en he-erft de onver derfelykheid niet* i Ko- finihen X v: 50, Op HUISRAAD. 6i Op Figuur XV U. H eeft icmant Rok of Mantel an,Al ziet men geen van zyne leeden, Men zegt: daar gaat, of ftaat de Man jEn dat palleert voor waare Reden. Maar is de Mantel of de Rok,(Hoe deftig, en hoe uitverkoorcn,) Gehangen aan de Mantel-flok,Hy heeft de Naam van Man verlooren: De Ziel, met Vlees en Bloed bekleed,(Al ziet men niets van zyne deelen,) Werd Menfch gcnaamt, gelyk men weet^Terwyl zyn krachten daar in fpeelen. Maar leid Hy t Kleed des lichaams gaat dat zei ven uit zyn waarde, Die Hem de Naam van Menfchheid gaf,En t word verfchoovcn in der aarde. Dies is het geene dat men ziet,Aan t Edel Beeld van t menfchlyk leven5 Den Mantel, of het Roven-klied,Dat door de Dood werd


Size: 1496px × 1670px
Photo credit: © Reading Room 2020 / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookauthorluikenjan16491712, booksubjectcond, booksubjectemblems